e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q093p plaats=Rosmeer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
melkkannetje melkpotje: meͅlkpeͅtjə (Rosmeer) melkkannetje waaruit men aan tafel melk schenkt [N 20 (zj)] III-2-1
melkkar melkkar: męlǝkkār (Rosmeer) Kar om melkbussen van meerdere boeren van en naar de fabriek te brengen. Het was meestal een lange kar met een groot bodemoppervlak en lage zij-, voor- en achterplanken. [N 17, 15; N G 51; monogr.] I-13
melkkoe melkkoe: męlkø̜u̯ (Rosmeer) Koe die geschikt is voor melkproductie. [N 3A, 148] I-11
melkspiegel melkspiegel: mɛlkspigǝl (Rosmeer) Plaats achter de uier waar de haren in de verkeerde richting liggen. [N 3A, 118d] I-11
melktanden bijtertjes: beeterkes (Rosmeer), tandjes-0: tenshes (Rosmeer) kinderwoord voor tanden [ZND 07 (1924)] III-1-1
menstruatie klommel: znd 1 a-m;  klommel (Rosmeer) maandstonden [ZND 01 (1922)] III-2-2
merel blaan: bljon (Rosmeer), bljon, blwon (Rosmeer), of bljon  blwon (Rosmeer), of blwon  bljon (Rosmeer) merel [ZND 01 (1922)] III-4-1
merg merg: merrək (Rosmeer), mērg (Rosmeer) het merg (in de beenderen) [ZND 31 (1939)] || merg (O.) [ZND 01 (1922)] III-1-1
merrie meer: mē̜r (Rosmeer) Gebruikt als handels-, werk-, voermans- en als fokpaard. [JG 1a, 1b; A 4, 2a; L 11, 11; L 20, 2a; L A1, 92; S 27; Wi 4; monogr.] I-9
mes mes: meͅs (Rosmeer) mes [ZND 32 (1939)] III-2-1