18981 |
kwaadspreker |
kwaadklepper:
kootklepper (Q093p Rosmeer),
kwaadspreker:
kootsprêieker (Q093p Rosmeer)
|
kwaadspreker [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
19104 |
kwalijk nemen |
het kwalijk opnemen:
ook materiaal znd 29, 19
koot (opgenweumme) (Q093p Rosmeer),
ook materiaal znd 29, 19 oo is wat korter
koollek (opgenweume) (Q093p Rosmeer)
|
kwalijk [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
24201 |
kwartel |
kwakkel:
kwakkel (Q093p Rosmeer, ...
Q093p Rosmeer),
kwartel:
kwattel (Q093p Rosmeer, ...
Q093p Rosmeer,
Q093p Rosmeer,
Q093p Rosmeer)
|
kwartel [ZND 01 (1922)], [ZND 29 (1938)]
III-4-1
|
24202 |
kwartelkoning |
schreek:
sjreek (Q093p Rosmeer)
|
kwartelkoning
III-4-1
|
24880 |
kweek |
pettem:
pettem (Q093p Rosmeer),
pętǝm (Q093p Rosmeer),
wilde staartel:
wii̯ǝ statǝl (Q093p Rosmeer)
|
Elymus repens (L.) Gould Zeer algemeen voorkomend hardnekkig onkruid op gras- en bouwland en op akkerranden, dat er grasachtig uitziet met een rechtopstaande aar en donker- tot grijsgroen blad. Het bloeit van juni tot augustus. De lengte varieert van 30 tot 120 cm. Het is een lastig kruipend onkruid met veel onderaardse wortelstokken, die wel als veevoeder gebruikt worden. De boer verwijdert het met de eg uit de akker. Deze plant is ook wel bekend onder de oude naam kweekgras of tarwegras (Triticum repens L.). Zie in verband met de vele puin-opgaven de speciale bibliografie onder Goossens 1985; 1987 en 1988, 109-126. [N 11, 71; JG 1a, 1b, 2c; A 27, 24b; A 28, 10; A 29, 6 en 9; A 33, 17; L 34, 52; L 48, 18; Lu 2, 18; Lu 4, 9; S 20; monogr.; add. uit N 11, 70, 72, 80a en 88] || kweekgras (Agropyrum repens) [Lk 04 (1953)]
I-5, III-4-3
|
33552 |
kweepeer |
kweepeer:
keepère (Q093p Rosmeer),
keupeir (Q093p Rosmeer),
kweepeir (Q093p Rosmeer)
|
[ZND 29 (1938)]
I-7
|
19105 |
kwezel |
kwezel:
kwjëzzel (Q093p Rosmeer),
wat ene kwièzel (Q093p Rosmeer),
e = ai van het franse mais
wat’n kwjezel (Q093p Rosmeer)
|
Kwezel. [ZND 01 (1922)] || Wat een kwezel! [ZND 29 (1938)]
III-3-3
|
19980 |
kwispelstaarten |
kwispelen:
kwispele (Q093p Rosmeer),
kwispelstaarten:
kwispelstatte (Q093p Rosmeer),
met zijn staartje houwen:
met ze steteke heiwe (Q093p Rosmeer)
|
kwispelstaarten [ZND 29 (1938)]
III-2-1
|
21668 |
kwitantie |
kwitantie:
ps. omgespeld volgens Frings.
kətānsə (Q093p Rosmeer)
|
kwitantie, bewijs van schulddelging [N 21 (1963)]
III-3-1
|
24925 |
laag grond |
laag:
laog (Q093p Rosmeer),
lôg (Q093p Rosmeer),
ps. omgespeld volgens Grootaers.
lōͅg (Q093p Rosmeer),
laagje:
leugske (Q093p Rosmeer)
|
laag (znw.) [ZND 01 (1922)], [ZND 29 (1938)]
III-4-4
|