e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schaesberg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rekhamer bankhamer: baŋkhāmǝr (Schaesberg), rekhamer: rɛkhāmǝr (Schaesberg) Hamer met één of twee afgeronde pennen die dient om bladmetaal op te rekken en in bepaalde vormen te hameren. Zie ook afb. 156 en het lemma "drijven". [N 33, 67; N 64, 40e; N 66, 7e] II-11
rekruut rekruut: recruut (Schaesberg) een soldaat die net in dienst is [rekruut, groentje, schacht] [N 90 (1982)] III-3-1
rente interest: interes (Schaesberg) rente [SGV (1914)] III-3-1
rentenier rentenier: rinkteneer (Schaesberg) rentenier [SGV (1914)] III-3-1
rentenieren rentenieren: renteneere (Schaesberg) leven van de inkomsten van je goederen of kapitaal [heren, rentenieren] [N 89 (1982)] III-3-1
rentmeester rentmeester: rinkmeester (Schaesberg) rentmeester [SGV (1914)] III-3-1
restant vogels eend: slobeend (51 groene kop; witte nek; bruine borst; brede platte bek  ent (Schaesberg), tafeleend (46 grijs; met bruine kop; zwarte borst; alleen op trek en s winters  ent (Schaesberg), toppereend (48 zwart-witte duikeend zonder kuif; broedt hier niet  ent (Schaesberg), fuut: geoorde fuut (30 kleiner en zeldzamer dan fuut [121]; gele oorpluimpjes; zomervogel; broedt hier en daar in vennen; roep [wuuiet]  fuut (Schaesberg), langhoos: pijlstaart (56 bruine kop; witte nek; puntstaart; meest op trek  langhōs (Schaesberg), langhóós (Schaesberg) geoorde fuut [N 09 (1961)] || pijlstaart [N 09 (1961)] || slobeend [N 09 (1961)] || tafeleend [N 09 (1961)] || toppereend [N 09 (1961)] III-4-1
restant zoogdieren das: das (Schaesberg) das [DC 07 (1939)] III-4-2
reuzel, bladvet reuzel: rēūzel (Schaesberg) reuzel [SGV (1914)] III-2-3
rib rib: ing rib (Schaesberg), n rub (Schaesberg), rub (Schaesberg) rib [SGV (1914)] || rib, ribben [N 10 (1961)] III-1-1