| 30596 |
verf |
verf:
vɛrǝf (Q118p Schaesberg)
|
Vloeibare substantie, gewoonlijk bestaande uit een poedervormige, kleurgevende stof en een bindmiddel. Verf wordt met behulp van een kwast, een roller of een spuit opgebracht, waarna zij in een harde laag opdroogt. [Wi 54; S 39; L A1, 82; N 67, 18a; monogr.]
II-9
|
| 30470 |
verfstof |
dodekop:
duǝdǝkǫp (Q118p Schaesberg)
|
De verfstof waarmee de smetlijn is besmeerd. 'Dodekop' is een rode kleurstof. Vgl. het lemma 'Droge verfstoffen'. [N 64, 159b]
II-9
|
| 21453 |
vergaderen |
vergaderen:
vergadere (Q118p Schaesberg)
|
ter vergadering bijeengekomen zijn, vergaderen [garen, gaderen] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
| 19251 |
vergeetachtig |
kop wie een zijschotel:
⁄n kop wie ⁄n ziesjottel (Q118p Schaesberg),
vergeetachtig:
vergeëtechtig (Q118p Schaesberg)
|
een vergeetachtig persoon, iemand die telkens dingen vergeet [vergeetmuts, lapschaai] [N 85 (1981)] || zwak van geheugen, niet goed kunnende onthouden [vergetelijk, vergeetachtig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
| 19597 |
vergiet |
zeef:
zeef (Q118p Schaesberg)
|
Vergiet. Hoe noemt men de van gaten voorziene schotel (gemaakt van aardewerk, email of blik), die wordt gebruikt om b.v. gewassen groente te laten uitdruipen? [DC 14 (1946)]
III-2-1
|
| 21389 |
vergoeden |
vergoeden:
vergeuje (Q118p Schaesberg)
|
vergoeden [SGV (1914)]
III-3-1
|
| 21412 |
verhaal |
geschichte (du.):
gesjichte (Q118p Schaesberg),
verhaaltje:
ee lank verhèùlke (Q118p Schaesberg)
|
een uitvoerig verhaal [teel] [N 87 (1981)] || verhaal; aan wie heeft hij dat nieuwe - verteld [DC 03 (1934)]
III-3-1
|
| 21152 |
verharde weg |
steenweg:
sjtee wéég (Q118p Schaesberg)
|
een verharde weg (klinkerd, kunstweg, kalsij, kalseide) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21726 |
verhoren |
verhoren:
verhuure (Q118p Schaesberg)
|
iemand ondervragen in een zaak voor de rechter [verhoren, overhoren, onderhoren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 19370 |
verhuizen |
verhuizen:
verhoeze (Q118p Schaesberg),
verhōēzen (Q118p Schaesberg)
|
Van woning veranderen (verhuizen, overhuizen, overtrekken) [N 79 (1979)]
III-2-1
|