e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schaesberg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verstekhaak drie-/drijhaak: drējhǭk (Schaesberg  [(afbeelding b-c)]  ) Haak waarvan de armen een hoek van 450 vormen. De verstekhaak wordt gebruikt om hoeken van 450 af te tekenen. Zie ook het lemma "verstekhaak" in Wld II.9, pag. 10-11 en afb. 77. [N 33, 318e] II-11
verstelbare moersleutel bahco-sleutel: bākošlȳǝtǝl (Schaesberg), engelse sleutel: ęŋǝlsǝ šlȳǝtǝl (Schaesberg) sǝl Q 116; verstelbare sleutel: vǝrštɛlbrǝ šløsǝl Q 121b; ijzeren sleuter: ęjzǝrǝ slø̜jtǝr P 176b; %%B de volgende opgaven betreffen het oudere type Engelse sleutel -- vergelijk afbeelding 199a-d%% engelse sleutel: e' [N 33, 300a; N 33, 300d; N 64, 78b; monogr.] II-11
verstellen stukken: štøkǝ (Schaesberg) Een lap op de scheur in het kledingstuk naaien of het verstellen of oplappen. [N 62, 43a; N 62, 21b; Gi 1.IV, 50; S 36; MW] II-7
verstoppertje spelen koekverbergen: koekverberge (Schaesberg), verstoppertje spelen: vərsjtøͅpərkə (Schaesberg) Het spel waarbij alle personen zich verstoppen, behalve één die alle anderen moet zoeken; bij het doel (bijv. een boom) kunnen de verstopten zich afmelden (op dit spel bestaan vele varianten, misschien kunt u die ook vermelden: de naam en hoe het gespeeld [N 88 (1982)] || schuilevinkje spelen [SGV (1914)] III-3-2
verstuiken verrenken (du.): verrenke (Schaesberg), verstuiken: verrenkt (Schaesberg), verstøke (Schaesberg), verstøkt (Schaesberg) verstuiken [SGV (1914)] || verstuikt [SGV (1914)] III-1-2
verteerde mest korte mest: kó̜tǝ [mest] (Schaesberg) De termen in dit lemma zijn voor het merendeel van toepassing op mest die lange tijd het onderste of het binnenste deel van de mesthoop heeft gevormd en daardoor goed verteerd is: mest van hoge kwaliteit, die gemakkelijk in kleine delen uiteenvalt. Het onderste uit de mestkuil is vaak zo brokkelig dat het niet met de riek kan worden opgenomen. Deze mest wordt veelal als weidemest gebruikt. Voor sommige termen zie men dan ook het lemma compost. De termen aan het einde van het lemma hebben betrekking op oude, uitgedroogde mest die zijn kwaliteit grotendeels verloren heeft. [N M, 10a; N 11, 27 add.; N 11A, 4a + 4c + 36 + 37; JG 1a + 1b add; div.] I-1
vertinnen vertinnen: vǝrtenǝ (Schaesberg) Metaal met een dunne laag tin bedekken om het tegen oxidatie te beschermen. [N 64, 28e; N 66, 36d; N 33, 380] II-11
vertrouwen vertrouwen: vertroewe (Schaesberg, ... ) iemand of iets betrouwbaar achten [vertrouwen, trouwen] [N 85 (1981)] III-1-4, III-3-1
vervanger remplaant (fr.): ramplaçant (Schaesberg) iemand die in dienst gaat in plaats van een ander [remplaçant] [N 90 (1982)] III-3-1
verveling verveling: verveling (Schaesberg) de toestand waarin men zich verveelt [verveling, vernooi, verlei] [N 85 (1981)] III-1-4