e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schaesberg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wijsvinger wijsvinger: wiesfinger (Schaesberg), wiesvinger (Schaesberg) wijsvinger [N 10 (1961)] III-1-1
wild konijn (enkelv.) konijn (lang/sleept.): knien (Schaesberg) wild konijn (enkelv.) [DC 55 (1980)] III-4-2
wild konijn (meerv.) konijn (kort/stoott.): kning (Schaesberg) wild konijn (meerv.) [DC 55 (1980)] III-4-2
wilde eend wilde eend: wilde ent (Schaesberg) eend: wilde eend (58 overal bekend; groene kop en nek; bruine borst [N 09 (1961)] III-4-1
wilde gans gans: gōsj (Schaesberg), wilde gans: ing wil goas (Schaesberg) gans: grauwe gans (± 80 net een tamme gans zonder wit; oranje bek; roep gelijk tamme gans [N 09 (1961)] || wilde [v] [een ~ gans] [SGV (1914)] III-4-1
wilde hoofdharen struivelig haar: stroevelig haor (Schaesberg), wilde haren: wil haoren (Schaesberg) hoofdharen, wilde ~ [vliechhaar] [N 10 (1961)] III-1-1
wilde tijm tijm: WLD  tijm (Schaesberg) Tijm; de blaadjes zijn langwerpig rond en naar achteren omgekruld; wordt in de linnenkast gelegd; ook gebruikt als specerij bij kool, salade en komkommer of in soep gekookt en als geneesmiddel tegen hoest (tamoe, tamus, tijmos, tijmis). [N 82 (1981)] III-4-3
wilg (alg.) wijde: wiej (Schaesberg), (boom).  inne wīēje (Schaesberg) wilg [N 38 (1971)] III-4-3
wilgenkatje katje: WLD  kètje (Schaesberg) De aarachtige bloeiwijze van sommige bomen, katje (kat, katje, poeske, prop, stop, knop). [N 82 (1981)] III-4-3
wilgenteen wis: WLD  wis (Schaesberg) De tak, wijg van een wilg (wis, poot, sliet). [N 82 (1981)] III-4-3