23589 |
marialied |
marialied:
marialeed (Q098p Schimmert)
|
Een Marialied. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23402 |
marianum |
marianum:
marianum (Q098p Schimmert)
|
Een groot, soms tweezijdig Mariabeeld, staande op wolken of op de maansikkel, dat van boven uit het gewelf af neerhangt, Marianum. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23877 |
mariaoord |
mariaoord:
Maria-oord (Q098p Schimmert)
|
Een genadeoord van Maria, Mariaoord. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23746 |
mariascapulier |
scapulier:
schabbeleer (Q098p Schimmert)
|
Een Maria-scapulier (Marias livrei?). [N 96B (1989)]
III-3-3
|
24610 |
marjolein |
marjolein:
marjolein (Q098p Schimmert),
palingkruid:
WLD
pâoling krōēt (Q098p Schimmert)
|
Marjolein (origanum majorana). Kleine, witte bloempjes, half verscholen tussen groene blaadjes, die dicht opeen staan, en tot bolletjes verenigd zijn, 3 of 4 zulke bolletjes op lange stelen in de bladhoeken en aan de top (palingskruid, madelein, dubbele p [N 92 (1982)]
III-4-3
|
21271 |
markt |
markt:
mɛrt (Q098p Schimmert)
|
markt [RND]
III-3-1
|
21852 |
marktkraam |
kraam:
krâôm (Q098p Schimmert, ...
Q098p Schimmert)
|
een tent, een stalletje op de markt waarin de goederen tentoongesteld zijn [kraam, schob] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
21711 |
marktplein |
markt:
mert (Q098p Schimmert, ...
Q098p Schimmert)
|
het plein in een stad of dorp waar markt gehouden wordt [mert, marktveld] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
24945 |
marmer |
marber:
marber (Q098p Schimmert),
marmer:
marmer (Q098p Schimmert),
marmər (Q098p Schimmert),
màrmər (Q098p Schimmert),
mârmer (Q098p Schimmert)
|
marmer [SGV (1914)] || marmer, dicht, fijnkorrelig kalkgesteente dat geschikt is om te bewerken en te polijsten, in bouw- en beeldhouwkunst als grondstof gebruikt [marbel, melber] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
22739 |
marmeren beeld |
beeld:
e marmere beeld (Q098p Schimmert),
een marmere beeld (Q098p Schimmert)
|
Marmeren beeld. [N 06 (1960)]
III-3-2
|