30751 |
prikradje |
radeerrolletje:
rādērrø̜lkǝ (Q032p Schinnen
[(zoals gebruikt door de bakker)]
),
raderrolletje:
rādǝrrø̜lkǝ (Q032p Schinnen
[(zoals gebruikt door de naaister)]
)
|
Stalen wieltje met punten, draaibaar in een handvat bevestigd, waarmee men gaatjes in een paustekening maakt. Zie afb. 101. [N 67, 86d]
II-9
|
22356 |
priktol |
dop:
dop (Q032p Schinnen)
|
tol (speeltuig) [SGV (1914)]
III-3-2
|
18927 |
proberen |
bezien:
bəzeen (Q032p Schinnen),
proberen:
prebere (Q032p Schinnen),
probere (Q032p Schinnen),
proberen (Q032p Schinnen),
verzoeken:
verzeuke (Q032p Schinnen)
|
een proef nemen met of van [proberen, verzoeken, bezien] [N 85 (1981)] || proberen: Als hij kans ziet zal hij - je te bedriegen [DC 35 (1963)]
III-1-4
|
21722 |
proces |
proces (<lat.):
proces (Q032p Schinnen),
prəses (Q032p Schinnen)
|
de zitting van een rechterlijk college waarin een overtreding of misdrijf onderzocht wordt, en waarin een uitspraak gedaan wordt [kwerel, audiëntie, proces, ordenantie] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21515 |
proces-verbaal |
proces (<fr./lat.):
prəses (Q032p Schinnen),
verbaal (<fr.):
verbaal (Q032p Schinnen)
|
het geschreven woordelijke verslag van de toedracht van een overtreding [proces-verbaal, daas, nummer] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
23243 |
processie |
bronk:
bronk (Q032p Schinnen),
bronkprocessie (<lat.):
bronkprocessie (Q032p Schinnen),
de broonkprocessie (Q032p Schinnen),
processie (<lat.):
percêze (Q032p Schinnen),
processie (Q032p Schinnen),
dialectvorm uit nagelbeek
prosezze (Q032p Schinnen)
|
De processie [bronk, persessie, protsessioën]. [N 96C (1989)] || processie [SGV (1914)]
III-3-3
|
23852 |
processie door het veld |
bedeweg:
beewieèg (Q032p Schinnen),
veldprocessie (<lat.):
veldjprocesseie (Q032p Schinnen)
|
Een processie door het veld, bedeweg, bidweg. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23857 |
processiepaaltjes |
bronkpalen:
bronkpoàl (Q032p Schinnen),
bronkpööl (Q032p Schinnen)
|
De paaltjes die de route aangeven waarlangs de processie trekt [bronkpäöl]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23856 |
processiepaaltjes in de grond slaan |
bronkpalen slaan:
broonkpaol sjlaon (Q032p Schinnen),
bronkpalen zetten:
b}ronkpoàl zette (Q032p Schinnen),
de bronkpööl zette (Q032p Schinnen)
|
Processiepaaltjes in de grond slaan [pöälchere zetse]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23858 |
processiestrooisel |
bronkstrooisel:
broonksjtreujsel (Q032p Schinnen),
broonksjtreujsle (Q032p Schinnen),
strooisel:
sjtreusel (Q032p Schinnen),
sjtruisel (Q032p Schinnen)
|
Strooisel bestaande uit bloemen, stukgesneden stengels en bladeren en stroopsel van varens waarmee de straten versierd worden [sjtreupsel]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|