22686 |
circus |
circustent:
sirkustent (Q032p Schinnen),
cirque (fr.):
serk (Q032p Schinnen)
|
Een tent waarin allerlei artiesten optreden zoals clowns, dresseurs met hun dieren, akrobaten etc. [circus, sirk, paardenspel, hittenspel]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
25000 |
cirkel, kring |
cirkel:
sirkel (Q032p Schinnen),
kring:
kring (Q032p Schinnen, ...
Q032p Schinnen),
krink (Q032p Schinnen)
|
cirkel [SGV (1914)] || de gesloten kromme lijn in een plat vak waarvan de punten alle op eenzelfde afstand liggen van één punt; het ingesloten vlak [kring, ring, cirkel] [N 91 (1982)] || een cirkelvormig voorwerp [ring, kring] [N 91 (1982)] || kring [SGV (1914)]
III-4-4
|
33518 |
citroenmelisse |
melisse:
WLD
melisse (Q032p Schinnen)
|
Citroenmelisse (melissa officinalis de sterk naar citroen geurende blaadjes van deze plan gebruikt men in soepen, sausen en bij de inmaak van diverse artikelen, o.a. haring en paling (citroenkruid, averiet, averoen, melisse). [N 82 (1981)]
I-7
|
24406 |
cocon |
pop:
eigen spellingsysteem
poep (Q032p Schinnen),
WLD
poep (Q032p Schinnen)
|
Hoe noemt u een vlinder in omhulsel [N 83 (1981)] || Hoe noemt u het omhulsel van rupsen als zij zich inpoppen [N 83 (1981)]
III-4-2
|
18518 |
colbertjasje |
colbertjasje (<fr.):
kolbertjeske (Q032p Schinnen)
|
een jas die men over het colbert heen draagt [N 59 (1973)]
III-1-3
|
23939 |
collatie |
collatie (<lat.):
collatie (Q032p Schinnen)
|
Een licht avondmaal dat is toegestaan op vastendagen, collatie. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23628 |
collectant |
collectant (fr.):
collectant (Q032p Schinnen),
kollektant (Q032p Schinnen, ...
Q032p Schinnen)
|
Collecteren met de open schaal, met de schaal rondgaan. [N 96B (1989)] || Een collectant, de persoon die met de collectezak of -schaal rondgaat [centevenger?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23624 |
collecte |
collecte:
collecte (Q032p Schinnen),
kollektə (Q032p Schinnen)
|
De geldinzameling, de collecte [de kollekt?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23630 |
collectebakje |
centenbakje:
centebekske (Q032p Schinnen),
sentebekske (Q032p Schinnen)
|
Een collectebakje aan een lange steel [centebekske?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23625 |
collecteren |
met de schaal rondgaan:
mèt de sjoal rondgoan (Q032p Schinnen),
rondjgao (mit də sjaol) (Q032p Schinnen)
|
Met de schaal of het kerkezakje rondgaan in de kerk [róndgooën?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|