e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schinnen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lijnzaadmeel lijnzaadmeel: [lijnzaad]mɛ̄l (Schinnen) De gedroogde pulp die overblijft na het slaan van de olie uit het lijnzaad. Het meel wordt als veevoeder gebruikt. Indien in samenstellingen met lijnzaad- dit woorddeel onverkort is gebleven en gelijk aan de opgave voor lijnzaad in dat lemma, dan is hier naar de variant van het lemma Lijnzaad, Vlaszaad verwezen. Voor de typen lijzend en lijzens naast lijzaad zie de toelichting bij het lemma Lijnzaad, Vlaszaad. [monogr.; add. uit L 1 a-m; L 1 u, 149; L 42, 59; RND 31] I-5
lijsterbes haver-es: -  haveresch (Schinnen) lijsterbes (Sorbus aucuparia) [DC 26 (1954)] III-4-3
lijsthaak lijsthaak: līshǭk (Schinnen) Stevige ijzeren haak die in de dakgoot wordt opgehangen. Aan de haak zijn ijzeren consoles bevestigd voor het opleggen van de zitplank. Iedere haak is bovendien voorzien van een schaar die hem op gewenste afstand van de gevel houdt. [N 67, 63j] II-9
lijstleertje hangstoel: haŋštōl (Schinnen) Zitplankje dat in de dakgoot wordt opgehangen. Het bestaat uit twee aan de bovenzijde gebogen metalen haken die aan een blok bevestigd zijn. Aan de onderzijde van de haken is een zitplankje aangebracht. [N 67, 63i] II-9
lijvig lijvig: li.vex (Schinnen) Gezegd van verf die dikvloeibaar is. [N 67, 75a] II-9
likken lekken: lekke (Schinnen), lèkke (Schinnen), lèkkə (Schinnen) likken; Hoe noemt U: Met de tong over iets heen en weer gaan om zo het voedsel op te nemen (likken, lekken, leppen) [N 80 (1980)] III-2-3
likker likker: lekǝr (Schinnen) Het polijstinstrument in het algemeen. Volgens de informant van Q 235 duidt de benaming bout om het even welk werktuig aan met een gladde kop waarmee men met kracht over het leer wrijft. [N 60, 135a] II-10
limonade limonade: limmenaat (Schinnen) limonade door een rietje zuigen [DC 35 (1963)] III-2-3
lindeblad lindeblad: lenjeblaad (Schinnen) lindeblad [SGV (1914)] III-4-3
liniaal liniaal: liniaal (Schinnen), regel: regel (Schinnen), reigəl (Schinnen), règel (Schinnen) een dunne rechte lat met een maatverdeling om er lijnen langs te trekken [liniaal, linie, regel, regelet] [N 90 (1982)] || liniaal [SGV (1914)] III-3-1