e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schinveld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lip lip: lup (Schinveld), løp (Schinveld) lip [RND], [SGV (1914)] III-1-1
lis (alg.) luusbloem: -  luusjbloom (Schinveld) lis III-4-3
list fint: fint (Schinveld) fint (list, barstje) [SGV (1914)] III-1-4
litteken lijlauw: [lij + lauw]  lielauw (Schinveld) litteken [SGV (1914)] III-1-2
loeren loeren: lôêre (Schinveld) kijken: loeren [lonke, luime] [N 10 (1961)] III-1-1
lof lof: loͅf (Schinveld) het lof [RND] III-3-3
long long: loeng (Schinveld), long (Schinveld), longe (Schinveld) long [SGV (1914)] || long, longen [loos, leus] [N 10a (1961)] || longen [SGV (1914)] III-1-1
loof blader: blaar (Schinveld), lover: loover (Schinveld) bladeren [SGV (1914)] || loof [SGV (1914)] III-4-3
looi looi: (Schinveld) Looistof. Fijngemalen eikebast of run waarmee men leer bewerkt. [S; L 1a-m] II-10
looien looien: lyǝ (Schinveld) Het bereiden van leer. Dierehuiden die bepaalde voorbereidingen hebben ondergaan worden met bepaalde samentrekkende stoffen zo behandeld dat zij tot leer worden. [S; L 1a-m; monogr.] II-10