| 22862 |
prijzen (mv.) |
prijzen:
pris (Q030p Schinveld)
|
prijzen (mv.) [RND]
III-3-2
|
| 33740 |
prikkeldraad |
tankeldraad:
taŋkǝldrǭt (Q030p Schinveld)
|
Twee- of driedraads gevlochten ijzerdraad van scherpe punten voorzien waarmee men een weide of een stuk grond afspant. [N M, 6b; N M, 6a; L 40, 73; JG 1b; L 32, 45 add.; Vld.; Gwn 16, 11; A 25, 4f; A 25, 8 add.; monogr.]
I-8
|
| 22356 |
priktol |
draaitol:
dreetol (Q030p Schinveld)
|
Hoe noemt men een dergelijk stuk speelgoed dat in beweging wordt gebracht met behulp van een touwtje dat er omheen wordt gedraaid? [priktol] [DC 24 (1953)]
III-3-2
|
| 23243 |
processie |
begankenis:
begänkenis (Q030p Schinveld),
bronk:
bronk (Q030p Schinveld),
processie (<lat.):
presèsde (Q030p Schinveld)
|
processie [SGV (1914)]
III-3-3
|
| 17742 |
proeven |
keuren:
koare (Q030p Schinveld),
koare(n) (Q030p Schinveld),
proeven:
preuve (Q030p Schinveld),
pröve (Q030p Schinveld)
|
proeven [SGV (1914)], [SGV (1914)] || proeven [pruuve, pruujve] [N 10 (1961)] || proeven; Hoe noemt U: Een kleine hoeveelheid voedsel of drank in de mond nemen om te onderzoeken hoe het smaakt (keuren, proeven) [N 80 (1980)]
III-1-1, III-2-3
|
| 18221 |
pronken |
pronken:
pronke(n) (Q030p Schinveld, ...
Q030p Schinveld)
|
prijken [SGV (1914)] || pronken [SGV (1914)]
III-1-3
|
| 18190 |
pronkveer op een hoed |
veer:
veer (Q030p Schinveld)
|
pronkveer op een hoed [N 25 (1964)]
III-1-3
|
| 20506 |
proosten |
aanstoten:
aas-jtoote (Q030p Schinveld)
|
proosten; Hoe noemt U: De glazen tegen elkaar aanstoten als teken dat men elkaar veel goeds toewenst (knutsen, klinken, proosten) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 22310 |
proppenschieter |
klapbus:
klabös (Q030p Schinveld),
klöbös (Q030p Schinveld)
|
Klakkebus (speelgoed gemaakt van vlierehout om proppen mee weg te schieten) [knaptoet, kraaktuut, proppesjeeter, klambös]. [N 06 (1960)]
III-3-2
|
| 19676 |
provisiekast, etenskast |
broodschap:
broadsjaap (Q030p Schinveld)
|
schaprade [SGV (1914)]
III-2-1
|