20568 |
pruimen |
pruimen:
proeme (Q030p Schinveld)
|
pruimen; Hoe noemt U: Tabak kauwen (pruimen, sikken, sjikken) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
21354 |
pruis |
pruis:
Pruus (Q030p Schinveld)
|
Pruis [SGV (1914)]
III-3-1
|
21355 |
pruisen |
pruises:
Pruusjesj (Q030p Schinveld)
|
Pruisen (land) [SGV (1914)]
III-3-1
|
18908 |
prutser |
sukkelaar:
zachte kk
sukkelêr (Q030p Schinveld)
|
sukkelaar [SGV (1914)]
III-1-4
|
30687 |
puimsteen |
puimsteen:
pømpštēn (Q030p Schinveld)
|
Lichte poreuze gestolde lava met een sponsachtig uiterlijk voor het polijsten van houtwerk en het inschuren van natte grondverf. De 'Gotlandsteen' (Q 162) is een zeer fijnkorrelige zandsteen uit Gotland in Zweden, harder dan puimsteen, die voor fijn schuurwerk wordt gebruikt. [S 29; L 40, 80; N 67, 60c; Renders 1; monogr.]
II-9
|
18110 |
puistjes |
pukkeltjes:
pukkelkes (Q030p Schinveld)
|
puistjes [bultjes, botsels, brobbels] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
18693 |
pullover |
pullover:
pullover (Q030p Schinveld)
|
pullover truivest met mouwen zonder knopen [N 23 (1964)]
III-1-3
|
25014 |
punt, stip |
punt:
pŭnjtj (Q030p Schinveld)
|
punt [SGV (1914)]
III-4-4
|
33623 |
putzwengel |
wip:
wyp (Q030p Schinveld, ...
Q030p Schinveld)
|
[N 12 (1961)] [SGV (1914)]
I-7
|
18610 |
pyjama |
pyjama {pijama}:
pyama (Q030p Schinveld)
|
pyjama, tweedelig nachtkostuum [N 25 (1964)]
III-1-3
|