e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schinveld

Overzicht

Gevonden: 2469
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
drenzen meken: miēke(n) (Schinveld), mièke(n) (Schinveld) drenzen [SGV (1914)] III-1-4
driesteek drietimp: [Vgl. WLD I.1, p. 56: timp, t[mp; (*WLD I.3, p. 36: [*] tump)]  drietump (Schinveld) steek, hoed waarvan de (gedeeltelijke opgeslagen) luifel drie hoeken vertoont (bijv. een bepaalde priesterhoed) [drieteut, drietip, drejtik, tööt] [N 25 (1964)] III-1-3
driftig driftig: driftig (Schinveld) driftig [SGV (1914)] III-1-4
drijftol kokkeral: koekeral (Schinveld), [sic]  kral (Schinveld, ... ) drijftol [SGV (1914)] || Hoe noemt men het kinderspeelgoed dat paddestoel- of kegelvormig is en dat met een zweep wordt voortgedreven? [tol] [DC 24 (1953)] || tol (speeltuig) [SGV (1914)] III-3-2
drinken drinken: dreinkə (Schinveld), lessen: les-je (Schinveld) drinken [DC 03 (1934)] || drinken; Hoe noemt U: De dorst doen ophouden (lessen, blussen, verslaan) [N 80 (1980)] III-2-3
drinkglas glas: glās (Schinveld) drinkglas [RND] III-2-1
droesem dras: dras (Schinveld) droesem [SGV (1914)] III-2-3
dronkaard zuiplap: zoeplap (Schinveld) dronkaard; Hoe noemt U: Iemand die voortdurend dronken is (dronkaard, zatlapper, zwanzer, boemelaar, alcoholist) [N 80 (1980)] III-2-3
dronken stuk in de bol: sjtuk in de böl (Schinveld), stuk in de kloten: sjtuk in de klôête (Schinveld), stuk in de kraag: sjtuk in de kraag (Schinveld), stuk in de vot: sjtuk in de vot (Schinveld), zat: zaat (Schinveld), (Zien tauw höbbe(n).  zaat (Schinveld), zo zat wie een kanon: zôê zaat wie een kanon (Schinveld), zo zat wie een oorlogschip: zôê zaat wie een ôêrlogsjîêp (Schinveld), zo zat wie een paard: zôê zaat wie ee péérd (Schinveld) dronken [N 10 (1961)] || zat [SGV (1914)] III-2-3
dronken zijn granatenvol zijn: grannaate vol zinne (Schinveld), hagelenvol zijn: haagelevol zinne (Schinveld), hem om hebben: m om hubbe (Schinveld), stijf zijn: hae is sjtîêf (Schinveld), vaardig zijn: véérdig zinne (Schinveld), ze zitten hebben: hae haet ze zitte (Schinveld) dronken [N 10 (1961)] III-2-3