21498 |
inkt |
inkt:
da es bleue ink (P052p Schulen)
|
Blauwe inkt. [ZND 36 (1941)]
III-3-1
|
33182 |
inleggen (in een voor) |
inleggen:
ęi̯nlęgǝ (P052p Schulen)
|
Voor de fonetische documentatie van de typen poten en planten zie het lemma Poten; het verspreidingsgebied van zetten in dit lemma komt niet overeen met dat in het lemma Poten; het type is hier dan ook gedocumenteerd. [N 12, 11; JG 1a, 1b; monogr.]
I-5
|
34001 |
inspannen |
inspannen:
ęi̯njspanǝ (P052p Schulen),
voorspannen:
verspanǝ (P052p Schulen)
|
Het opgetuigde paard voor een kar met berries spannen. Men plaatst het tussen de berries, waaraan de draagriem, de brede buikriem, en de strengen worden vastgemaakt. Voor andere voer- en landbouwwerktuigen wordt het paard niet in- maar aangespannen. De term inspannen werd echter ook enkele keren in de hier behandelde betekenis opgegeven. [JG 1b; N 8, 98a; RND 74]
I-10
|
29034 |
inzepen |
inzepen:
ejnzīpǝ (P052p Schulen)
|
Het gebruiken van zeep bij het gladmaken en openpersen van de naden. Volgens de informant van Q 198 wordt dit daar niet gedaan, omdat het stof dan tussen de naden blijft zitten. [N 59, 79; N 59, 186]
II-7
|
21562 |
italiaan |
italiaan:
da es ine Italjaon (P052p Schulen)
|
Dat is een Italiaan. [ZND 36 (1941)]
III-3-1
|
18539 |
jachtpak |
jagerkostuum:
jaagərkəstym (P052p Schulen)
|
het jachtcostuum [N 59 (1973)]
III-1-3
|
18560 |
jagersjas |
jagersjas:
jàəgərsjàəs (P052p Schulen)
|
groene jas met een plooi in de rug [N 59 (1973)]
III-1-3
|
18259 |
jak |
jak:
jak (P052p Schulen)
|
jak (kort vrouwenkledingstuk) [ZND 27 (1938)]
III-1-3
|
18996 |
jaloers |
jaloers:
ook materiaal znd 27, 44
zjelūs (P052p Schulen)
|
jaloers [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
20405 |
jeugd, jongelieden |
jonkheid:
jonhet (P052p Schulen)
|
jeugd, dat is goed voor de jeugd (de jonge lieden) [ZND 36 (1941)]
III-2-2
|