e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Sevenum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stikmachine naaimachine: nę̄jmǝšiǝn (Sevenum), stikmachine: stekmǝšiǝn (Sevenum) De machine waarmee men het stikwerk verricht. "Het stikken gebeurt tegenwoordig met uitzondering van het zware waterwerk, dat met de hand wordt gestikt, met een machine, in hoofdzaak van het zelfde model als de gewone naaimachine, alleen zwaarder gebouwd." (Directie, pag. 299). Een linkse-arm-machine duidt op het feit de de arm van de machine in dit geval links van de werkende persoon staat, hetgeen het werken zeer ten goede komt, omdat hierdoor hand noch oog gehinderd worden (zie Kn√∂fel I, pag. 258). [N 60, 63; N 60, 237] II-10
stille omgang stille omgang: stille ùmgank (Sevenum) De Stille Omgang naar Amsterdam. [N 96C (1989)] III-3-3
stille regen stille regen: əne stille raege (Sevenum) stille regen (vooral met sneeuw) [slek] [N 81 (1980)] III-4-4
stilstaan ju(j): jȳi̯ (Sevenum) Voermansroep om het paard te doen stilstaan. [JG 1b; N 8, 95e en 96; L B 2, 257; L 36, 81e; monogr.] I-10
stinken stinken: stinke (Sevenum, ... ) Stinken: een vieze reuk van zich geven (stinken, rieken, ruiken, muffen, dassen). [N 84 (1981)] III-1-1
stinkende gouwe wrattenkruid: WBD  vrattekroed (Sevenum), WLD t witte vocht uit de stengels gebruikte men tegen wratten!  vratte-krōēt (Sevenum) Stinkende gouwe (chelidonium majus 30 tot 90 cm grote, behaarde plant. De bladeren zijn diep ingesneden, soms bijna samengesteld, met grof gekartelde blaadjes, de onderkant is blauwgroen; de bloemen groeien in schermen, met 4 gele kroonbladeren en 2 spo [N 92 (1982)] III-4-3
stobbe boks: bǫks (Sevenum), poest: pust (Sevenum  [(meervoud: pyst)]  ) Stronk van een gekapte boom die met het wortelstelsel nog in de grond zit. [N 50, 7e; N 75, 87c; A 45, 35; N 16, add.; monogr.] II-12
stoel stoel: stōl (Sevenum) stoel [SGV (1914)] III-2-1
stoelen op het priesterkoor koorstoelen: koersteul (Sevenum), koorstoeltjes: koeersteulkes (Sevenum) De stoelen op het priesterkoor [koeërsjteul?]. [N 96A (1989)] III-3-3
stoep stoep: stoep (Sevenum) stoep, trottoir; hoe noemt men in uw woonplaats de stoep of het trottoir langs een straat? [DC 47 (1972)] III-3-1