30325 |
bovenlicht |
bovenlicht:
bǭvǝlēxt (L266p Sevenum)
|
Zie kaart. Met de term 'bovenlicht' kan zowel een vast raam boven een (voor)deur als het al dan niet naar binnen openklappend bovenste deel van een raam worden bedoeld. De woordtypen 'waaier', 'waai', 'spinnekop', 'deurlicht' en 'deurvenster' duiden specifiek een vast raam boven een deur aan. [S 4; L 1 a-m; L 22, 10; L B1, 170; N 55, 54a; A 46, 10a, add.; A 46, 10c; A 49, 10; monogr.]
II-9
|
33942 |
bovenstangen |
stangen:
staŋǝ (L266p Sevenum)
|
De beide naar boven stekende ijzeren delen van het onder lemma Onderstangen genoemde bit. [N 13, 49]
I-10
|
31711 |
bovenste handvat |
(bovenste, lange, grote) knab:
knap (L266p Sevenum)
|
Het bovenste handvat van de steel van de zeis, dat in de linkerhand wordt gehouden. Doorgaans is dit het lange T-vormige handvat, zoals beschreven in de algemene toelichting van deze paragraaf en in de toelichting bij het lemma ''steel van de zeis''; daar zijn ook de opgaven opgenomen waar het bovenste handvat kort en recht is of waar dit bovenste handvat ontbreekt (model B). Om de varianten van de substantiva onder één woordtype bijeen te houden en een vergelijking met de opgaven voor het onderste handvat te vergemakkelijken, zijn de adjectiva (bovenste, lange, grote, enz.) als facultatief in het hoofdwoordtype opgenomen. Zie afbeelding 4, A1 en B1.' [N 18, 67b; N C, 3b1; JG 1a, 1b, 2c; monogr.]
I-3
|
18310 |
bovenstuk van een jurk |
lijfje:
liefke (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
lijfje, bovenstuk van jurk [baskien] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
21147 |
bovenstuk van een rijtuig |
kap:
kàp (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
het bovenstuk van een rijtuig [imperiaal] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
30914 |
boventuig |
bovenleer:
bovenleer (L266p Sevenum),
schacht:
schacht (L266p Sevenum)
|
Het bovenste gedeelte van de schoen, het overleer. [N 60, 14; N 60, 15a; N 60, 6b]
II-10
|
18486 |
boventuig [wld ii.10, p. 23] |
bovenwerk:
bove-werk (L266p Sevenum)
|
Het bovenste gedeelte van de schoen (boventuig, bovenwerk, bovenstuk?) [N 60 (1973)]
III-1-3
|
27111 |
bovenveen |
bovenpeel:
bōvǝpiǝl (L266p Sevenum)
|
Het bovenste deel van het veen, de bovengrond, wordt verpacht. [II, 121a]
II-4
|
19630 |
bovenverdieping |
bovenverdieping:
bōͅvəvərdēpeŋ (L266p Sevenum),
stock (d.):
stok (L266p Sevenum)
|
bovenverdieping [SGV (1914)] || Hoe noemt u de bovenverdieping van een huis? (bovenverdieping, bovenste verdieping) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
20140 |
box |
box:
nellie lupt al in de box
boks (L266p Sevenum),
nellie löpt al in de box
boks (L266p Sevenum),
loopraam:
loëpraam (L266p Sevenum),
lŏĕpraam (L266p Sevenum)
|
box: Nellie loopt al in de box (maar midden in de kamer durft ze nog niet). [DC 39 (1965)] || toestel waarin men kinderen leert lopen [lei, stuik, looprek, loopwagen, loopkorf, loopmand] [N 86 (1981)]
III-2-2
|