| 25000 |
cirkel, kring |
ring:
ringk (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum),
rīnk (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
de gesloten kromme lijn in een plat vak waarvan de punten alle op eenzelfde afstand liggen van één punt; het ingesloten vlak [kring, ring, cirkel] [N 91 (1982)] || een cirkelvormig voorwerp [ring, kring] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
| 24453 |
citroenvlinder |
citroentje:
WLD
citroentje (L266p Sevenum),
sìetroentje (L266p Sevenum)
|
Hoe noemt u de vlinder waarvan bij het mannetje de vleugels citroengeel zijn en bij het wijfje witachtig groen met een oranje middelpunt (citroentje) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
| 21957 |
coccidiose |
coc:
kòks (L266p Sevenum)
|
Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: Coccidiose: een ziekte in de darmen, vooral bij jongen, met als symptomen: diarree, grote dorst en steeds dunnere uitwerpselen. Er kunnen blijvende letsels zoals een krom borstbeen van overblijven. Ook volwas [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 24406 |
cocon |
pop:
WLD
pòp (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum),
spinsel:
WLD
spinsel (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
Hoe noemt u een vlinder in omhulsel [N 83 (1981)] || Hoe noemt u het omhulsel van rupsen als zij zich inpoppen [N 83 (1981)]
III-4-2
|
| 18518 |
colbertjasje |
jasje:
jeske (L266p Sevenum),
korte jas:
korte jas (L266p Sevenum)
|
colbertjasje, (korte) jas van een kostuum [N 23 (1964)]
III-1-3
|
| 23939 |
collatie |
collatie (<lat.):
collatie (L266p Sevenum)
|
Een licht avondmaal dat is toegestaan op vastendagen, collatie. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
| 23628 |
collectant |
collectant (fr.):
collectant (L266p Sevenum),
kollektant (L266p Sevenum)
|
Een collectant, de persoon die met de collectezak of -schaal rondgaat [centevenger?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 23624 |
collecte |
collecte:
kollekt (L266p Sevenum),
kollekte (L266p Sevenum)
|
De geldinzameling, de collecte [de kollekt?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 23625 |
collecteren |
rondgaan:
rondgaon (L266p Sevenum),
rongkgaon (L266p Sevenum)
|
Met de schaal of het kerkezakje rondgaan in de kerk [róndgooën?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 23629 |
collecteschaal |
centenschaal:
centeschaol (L266p Sevenum)
|
Een schaalcollecte, een collecte voor een bijzonder doeleind, waarbij met neen open schaal werd rondgegaan [schaolkollekt?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|