e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q116p plaats=Simpelveld

Overzicht

Gevonden: 2877
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
droesem bezinksel: bezinksel (Simpelveld), drab: drap (Simpelveld), dras: dras (Simpelveld), dràs (Simpelveld) droesem [SGV (1914)] || droesem; Hoe noemt U: Bezinksel in een wijnfles (droesem, dras) [N 80 (1980)] III-2-3
dronkaard zuiper: zoefer (Simpelveld), zūūfer (Simpelveld), zūūfər (Simpelveld), zuiplap: zoeflap (Simpelveld), zōēflap (Simpelveld), zōēflàp (Simpelveld) dronkaard; Hoe noemt U: Iemand die voortdurend dronken is (dronkaard, zatlapper, zwanzer, boemelaar, alcoholist) [N 80 (1980)] III-2-3
dronken vol: vól (Simpelveld), zat: zat (Simpelveld) dronken || zat [SGV (1914)] III-2-3
droog blijven droog blijven: drūūg blievə (Simpelveld), het blijft over: ət bliet uvvər (Simpelveld), overblijven: uvvər blievə (Simpelveld) droog blijven, gezegd van het weer [overblijven] [N 81 (1980)] III-4-4
droog weer droog: drûûch (Simpelveld) droog [RND] III-4-4
drop lakrits: lakrits (Simpelveld, ... ) drop || drop; Hoe noemt U: Ingedikt sap, aftreksel van zoethout, drop (kalissie, drop) [N 80 (1980)] III-2-3
dropwater lakrits: làkrits (Simpelveld), lakritswater: lakritwàsər (Simpelveld), làkritswasser (Simpelveld), làkr‧eetswàssər (Simpelveld) Hoe noemt U: Water waarin drop is opgelost (sepnat, kalissewater, kalissesap, poeliepek, kloters) [N 80 (1980)] III-2-3
druilerig en koud weer klam (weer): klāām (Simpelveld, ... ), nat (weer): ene naasse zoŏmer (Simpelveld), ene naassezoŏmer (Simpelveld), naar wêr (Simpelveld), naas (Simpelveld), nààs (Simpelveld), nààs wéér (Simpelveld), regenachtig (weer): rèènətəg wéér (Simpelveld), regenweer: reane wear (Simpelveld), rééənə wèèr (Simpelveld), vochtig (weer): vuchtiech (Simpelveld), zouwelig (weer): sauwelig (Simpelveld) nat [SGV (1914)] || nat weer [versigheid] [N 81 (1980)] || nat, vochtig, gezegd van het weer [wak, luimerig] [N 81 (1980)] || natte [een ~ zomer] [SGV (1914)] || regenachtig, gezegd van het weer [ruizerig] [N 81 (1980)] || wak weer [SGV (1914)] || zomer [een natte ~ ] [SGV (1914)] III-4-4
druipen van de regen druipen: hê druŭpt van der rêge (Simpelveld, ... ), druppen: drupe (Simpelveld), hê drŭŭpt van der rêge (Simpelveld, ... ) droop hij ~ van den regen [SGV (1914)] || druipen [SGV (1914)] || druipt [hij ~ van den regen] [SGV (1914)] || regen [hij droop van den ~ ] [SGV (1914)] || regen [hij druipt van den ~] [SGV (1914)] III-4-4
druiventros troemel druiven: troemel droeve (Simpelveld) druiventros [SGV (1914)] I-7