e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Simpelveld

Overzicht

Gevonden: 2877
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
heer heer: he.ər (Simpelveld) heer [RND] III-3-1
hees, schor gram: graam (Simpelveld) hees [SGV (1914)] III-1-2
hefboom van de cultivator hevel/hebel (d.): hēbǝl (Simpelveld) Met de hefboom van een wielcultivator laat men het raam zover zakken dat de tanden op de gewenste diepte door de grond gaan. Om de cultivator buiten werking te stellen zet men m.b.v. de hefboom het raam in zijn hoogste stand, zodat de tanden geheel vrij van de grond zijn. Bij een sleepcultivator worden m.b.v. de hef-boom de assen met veertanden naar achteren (= dieper) of naar voren (= minder diep) gedraaid. [N 11A, 151i; monogr.] I-2
heiblok heiblok: hējblǫk (Simpelveld) Zwaar houten blok waaraan verschillende handvatten zijn bevestigd. Het heiblok wordt bij het aanleggen van een pomp gebruikt bij het in de grond slaan van buizen. Zie ook afb. 245 en het lemma ɛhandheiɛ in WLD deel II.9, pag. 53. Het betreft daar een vergelijkbaar werktuig voor het heien van funderingspalen. Het woordtype heiblok op drie-/drijpoot is van toepassing op een trekhei, een heistelling in de vorm van een driepoot waaraan een katrol is gemonteerd. Over de schijf loopt een dik touw waar aan één uiteinde het heiblok is vastgemaakt. Het toestel wordt door spierkracht of met behulp van een stoommachine, een elektromotor of een verbrandingsmotor aangedreven. In de laatste drie gevallen wordt daarbij gebruik gemaakt van een liertoestel. Zie ook het lemma ɛtrekheiɛ in WLD deel II.9, pag. 54. In P 219 werden de buizen met behulp van een voorhamer (v0rhqm9r) in de grond gedreven.' [N 33, 336] II-11
heilig heilig: hilleg (Simpelveld) heilig [SGV (1914)] III-3-3
hek garni: garnęi̯ (Simpelveld) Algemene benaming. [N 14, 62; S 13; L 1a-m; RND 8, 20; R I, 44; R I, 45; monogr.] I-8
hek, hekwerk staketsel: štaŋkɛtsəl (Simpelveld) hekwerk III-2-1
hek, poortje gaard: gār (Simpelveld), garnei: garnei (Simpelveld) hek [SGV (1914)] || tuinpoortje III-2-1
hemel hemel: himmel (Simpelveld), himəl (Simpelveld) hemel [RND], [SGV (1914)] III-3-3
hengel: angel angel: angel (Simpelveld) hengel [SGV (1914)] III-3-2