e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q020p plaats=Sittard

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ijlen ijlen: ijle (Sittard) Ijlen: door koorts verward, onsamenhangend spreken (ijlen, bazelen, razen, raaskallen, delireren). [N 84 (1981)] III-1-2
ijs (alg.) ijs: ies (Sittard, ... ), ī.s (Sittard) ijs [DC 03 (1934)] III-4-4
ijsbaan ijsbaan: iesbaan (Sittard), slierbaan: sjleierbaan (Sittard), sjleierbaan. (Sittard) Glijbaan op sneeuw of ijs. || IJsbaan, glijbaan. || IJsbaan. III-3-2
ijsberen op en neer lopen: op en neier loupe (Sittard), zenuwpees (zn.): daō löp eine zenuwpīēsj (Sittard) lopen: zenuwachtig heen en weer lopen [drentele] [N 10 (1961)] III-1-2
ijsje ijstuitje: iestuutje (Sittard) ijsje in de vorm van een horentje III-2-3
ijsmuts ijsmuts: iesmötsj (Sittard, ... ) ijsmuts [N 25 (1964)] III-1-3
ijspegel ijskijltje: ies kaelkes (mv.) (Sittard), ijspegel: iespeegel (mv.) (Sittard), iespeigel (mv.) (Sittard), iespekels (mv.) (Sittard), kakel: kakel (Sittard), (kaakele-kaekelke).  kaakel (Sittard), kiekel: kaekel (Sittard), kaekels (Sittard) ijskegel, ijspegel || ijspegel || ijspegels aan het dak of aan de vensterbanken [ijskeekels, -pinnen, -kikkels, kakels] [N 22 (1963)] III-4-4
ijsschots schol: sjol (Sittard) schots, ijsschots III-4-4
ijsvogel ijsvogel: iesvoogel (Sittard, ... ) ijsvogel || ijsvogel (16,5 schitterend blauwgroen boven, steenrood onder; vliegt snel over beek, sloot en langs ven; broedt in gat in steile over; vangt visjes; vrij zeldzaam [N 09 (1961)] III-4-1
ijver ijver: iever (Sittard) toewijding aan zijn werk [ijver, iever] [N 85 (1981)] III-1-4