e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q020p plaats=Sittard

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
losse voerbak voor runderen krib: krøp (Sittard) Een losse bak of kuip waarin men het voer aan de koeien voorzet. Bedoeld wordt een bak waar meer dan één rund uit eet (en soms ook drinkt). Waar deze draagbare en ouderwetse bak niet (meer) bekend is, werden benamingen voor de vaste voerbak opgegeven (krib, trog en hun samenstellingen). Oorspronkelijk diende de krib voor het droge voedsel voor runderen en paarden en de trog voor het natte voedsel voor de varkens, maar in de praktijk lopen de termen dooreen. Sommige opgaven betreffen mogelijk ook het vak voor één koe van de in vakken verdeelde voerbak. Vergelijk de lemmata "voer- en drinkgoot" (2.2.14) en "vaste voer- en drink- en voerbak, krib" (2.2.15). [N 5A, 37c; N 18, 130; monogr.] I-6
losse zak onder de rok buidel: buujel (Sittard), buideltje: buuelke (Sittard), rticule (fr.): Fr. reticule.  redikuul (Sittard) tas, losse ~, zak of buidel die onder de rok wordt gedragen [N 24 (1964)] III-1-3
lot(je) van de loterij lot: laot (Sittard) Lot. III-3-2
loteling loteling: laoteling (Sittard) iemand die voor militaire dienst geloot heeft [loteling, lotter] [N 90 (1982)] III-3-1
loten loten: laote (Sittard, ... ) Het spel waarbij de winnaar(s) door het lot word(t)(en) aangewezen [loten, loteren, lotelen, loteren]. [N 88 (1982)] || Loten. III-3-2
loteren, los zitten los laten: loslaote (Sittard) los zitten, gezegd van onderdelen [loteren] [N 91 (1982)] III-4-4
loterij loterij: laoterie (Sittard) Loterij. III-3-2
luchtballon luchtballon: lóchballon (Sittard), luchtmachine: lóchmasjien (Sittard) een ballon die kan opstijgen met een mand eronder om personen te vervoeren [ballon, luchtbal, luchtbol, luchtschip] [N 90 (1982)] III-3-1
luchtbel blaas: blǫas (Sittard), lochtbel: lox˱bɛl (Sittard) De luchtbel in de vloeistof van de waterpas. [N 30, 12b; monogr.] II-9
luchtbel in water bobbel: bóbbel (Sittard) de opborrelende lucht- of gasbel in een vloeistof [wal, wel, brobbel, bobbel] [N 91 (1982)] III-4-4