e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q020p plaats=Sittard

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stinken stinken: stinkt erg (Sittard) Stinken: een vieze reuk van zich geven (stinken, rieken, ruiken, muffen, dassen). [N 84 (1981)] III-1-1
stobbe vot: vǫt (Sittard) Stronk van een gekapte boom die met het wortelstelsel nog in de grond zit. [N 50, 7e; N 75, 87c; A 45, 35; N 16, add.; monogr.] II-12
stoel stoel: sjtoul (Sittard), štoͅu̯l (Sittard), verklw. sjtuilke  sjtoul (Sittard), verklw. stuilke  sjtuil (Sittard) stoel [SGV (1914)] III-2-1
stoelen op het priesterkoor koorstoelen: koorstuel (Sittard) De stoelen op het priesterkoor [koeërsjteul?]. [N 96A (1989)] III-3-3
stoelpoot stumpel: sjtumpel (Sittard, ... ) stoel- of tafelpoot || stoelpoot || stoelpoot e.d. III-2-1
stoep stoep: sjtŭp (Sittard), sjtób (Sittard) stoep [SGV (1914)] || stoep, trottoir; hoe noemt men in uw woonplaats de stoep of het trottoir langs een straat? [DC 47 (1972)] III-3-1
stoep, trottoir stoep: sjtŭp (Sittard), štop (Sittard) stoep [SGV (1914)] || stoep, trottoir III-2-1
stof stof: sjtaof (Sittard), sjtóf (Sittard), stoa͂f (Sittard) stof [SGV (1914)] || stof, geweven goed III-1-3, III-2-1
stof afnemen stoffen: sjtŭffe (Sittard) stoffen (ww.) [SGV (1914)] III-2-1
stof, zandx stof: sjtoa͂f (Sittard, ... ) stof [SGV (1914)] III-4-4