e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Smakt

Overzicht

Gevonden: 1514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rins rins: die bòtter is rins  rins (Smakt) zuur III-2-3
ritnaald, larve van de kniptor schietworm: larve van de kniptor, ook wel emelt  schietwörm (Smakt), larve van de kniptor, ook wel ritnaald  schietwörm (Smakt) emelt || ritnaald III-4-2
riviergrondel grondje: gruundje (Smakt) grondeling (vis) III-4-2
rode kool rode kappes: rojjekáppes (Smakt), rood moes: roeëdmoes (Smakt) gekookte rodekool || Rode kool (als plant of gewas) I-7, III-2-3
rode renet, sterappel binnenrode: sterappel  binnerojje (Smakt) appel, soort I-7
roek roek: corvus frugilegus  roēk (Smakt) roek III-4-1
roep- en lokwoord voor de kip tuut, tuut, tuut: tȳt, tȳt, tȳt (Smakt) Naast de verschillende roepwoorden kan men de kippen ook lokken door een zuigend klappend geluid te maken met de tong tegen de tanden (P 176 (Sint-Truiden)) of door te fluiten (Q 2 (Hasselt)). [N 19, 44a; L 47, 9a; A 6, 2b; A 6, 2a; VC 14, 2n -r-; Vld.; L B2, 259a; monogr.] I-12
roep- en lokwoord voor het varken kuus, kuus, kuus: kūs, kūs, kūs (Smakt) In plaats van kuus roepen klakt men ook wel met de tong. [N 19, 11a; VC 14, 2c (r] I-12
roerzeef passe-vite: pas(se)fiet (Smakt, ... ) passevite || persende zeef III-2-1
roestplek vuur: vuūr (Smakt) zwarte vlekken die bij vochtig wasgoed door verstikking kunnen optreden III-2-1