e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Smakt

Overzicht

Gevonden: 1514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zingen sjielpen: sjiel(e)pe (Smakt) sjilpen III-4-1
zitbank bank: baank (Smakt), van de vurste baank ziede \'t uurst bij \'t bord: wie dicht bij een voordeel zit, profiteert het meest  baank (Smakt) bank || zitmeubel III-2-1
zoethout zoethout: zuūthaolt (Smakt) zoethout III-2-3
zolder hort: Allé de hort òp  hort (Smakt), zolder: De koew stòt òp zaolder: de koe geft geen melk meer Enne zaolder ien de bòks hebbe: een laag kruis in de broek hebben  zaolder (Smakt) zolder III-2-1
zolen onder de klomp slaan klompen hogen: klōmpǝ hȳǝgǝ (Smakt) De zool van de klomp van zoolbeslag voorzien om de levensduur van de klomp te verlengen. Zie ook het volgende lemma. In Venray (L 210) werden ook klompen die deels al een versleten loopvlak hadden van oude stukken leer of rubber voorzien. [N 24, 71, add.; monogr.] II-12
zonnebloempit zonnekeern: zònnekaer (Smakt) zonnepit III-2-1
zonx blik: Vb. wat stöt dn bliek wer hoeëg vandaag! (wat is het vandaag weer heet!).  bliek (Smakt) zon III-4-4
zoolbeslag hoogsel: hø̜xsǝl (Smakt) Stuk leer, rubber of hout dat onder de zool van de klomp wordt aangebracht. [N 24, 71; monogr.] II-12
zorgen voor zorgen voor: zörge vur (Smakt) zorgen, zorg dragen voor, letten op III-1-4
zout zout: zālt (Smakt) zout III-2-3