e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Smakt

Overzicht

Gevonden: 1514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
broodje pistolet: pistelej (Smakt), stoetje: later ook benaming voor een kadetje  stuutje (Smakt) feestelijk, langwerpig, knapperig broodje || klein broodje, gebakken van het deeg dat van een groot brood over bleef III-2-3
broodmand bakkersmand: bɛkǝrsmãnt (Smakt), broodmand: bruǝtmãnt (Smakt) Mand, vaak rechthoekig van vorm, waarin de bakker brood naar de markt of naar de klant bracht. De bakkersmand was volgens het Venrays woordenboek (pag. 78) een grote vierkante gevlochten mand, die meestal voor op een transportfiets stond en waarmee het brood bezorgd werd. [N 40, 96; N 40, 115; monogr.] II-12
broodmes broodmes: broeëdmes (Smakt), bródmes (Smakt) broodmes III-2-1
broodpap brokjespap: brökskespáp (Smakt), broodpap: broeëdpáp (Smakt) pap met stukjes brood III-2-3
broodpop buikkerel: bukkeͅl (Smakt), buikman: boekman (Smakt) krentebrood in de vorm van een pop, speciaal gebakken ter gelegenheid van St. Nicolaas || krentenbrood in de vorm van een pop III-2-3
bruid bruid: bruud (Smakt) bruid III-2-2
bruidegom bruidegom: brudegòm (Smakt), O(ud) V(enraays)  bruujegòm (Smakt) bruidegom III-2-2
bruidsjapon bruidskleed: bruudsklieëd (Smakt), bruiloftskleed: brullefsklieëd (Smakt), trouwkleed: trowklieëd (Smakt) bruidsjurk || bruidskleed || bruiloftskleed III-2-2
bruidsmeisje bruidsmaagdje: bruudsmegje (Smakt) bruidsmeisje III-2-2
bruidspaar bruidspaar: bruudspaar (Smakt) bruidspaar III-2-2