20397 |
doopjurkje |
doopkleedje:
duuëpkledje (L212a Smakt)
|
doopkleedje
III-2-2
|
20396 |
doopmutsje |
doopmutsje:
duuëpmutske (L212a Smakt)
|
doopmutsje
III-2-2
|
20860 |
doorbakken |
doorbakken:
durbákke (L212a Smakt)
|
doorbakken
III-2-3
|
24477 |
doorn, stekel |
doorns:
durs (L212a Smakt),
dörs (L212a Smakt)
|
doorn, stekel
III-4-3
|
30461 |
doorslag, drevel |
drijfnagel:
drīfnāgǝl (L212a Smakt),
drijver:
drīvǝr (L212a Smakt)
|
Stalen stift met aan de onderzijde een enigszins kegelvormig uiteinde, waarmee men de koppen van spijkers in het hout drijft. Zie ook afb. 94. Werken met de doorslag werd in Tongeren (Q 162) doppen (dø ̞pǝ) genoemd. Zie ook het gelijknamige lemma in Wld II.9, pag. 160. Het materiaal dat hieronder is opgenomen vormt een aanvulling daarop en is uitsluitend afkomstig uit monografische bronnen. [monogr.]
II-12
|
20398 |
dopeling |
dopeling:
duuëpeling (L212a Smakt)
|
dopeling
III-2-2
|
20848 |
dopen |
dopen:
dy(3)̄əpə (L212a Smakt),
indopen:
indyəpə (L212a Smakt),
soppen:
soͅpə (L212a Smakt)
|
dopen, soppen || indompelen, soppen || soppen
III-2-3
|
33521 |
doperwten |
doppers:
döpper (L212a Smakt)
|
doperwt
I-7
|
19991 |
dorpel |
dorpel:
dø̜rpǝl (L212a Smakt)
|
Zie kaart. Horizontale laag natuursteen of bakstenen aan de onderkant van een deurkozijn. Zie ook de lemmata 'Strekkenlaag', 'Staande rollaag', 'Liggende rollaag' en 'Hardsteen'. Met de term 'stofdorpel' wordt doorgaans een extra dorpelstuk aangeduid, dat soms op de onderdorpel van een binnendeurkozijn wordt aangebracht. Zie ook het lemma 'Stofdorpel'. [N 32, 12d; A 43,18; L 5, 72; L 12, 12; L B1, 152; A 45, 31; R 3-46; monogr.; Vld]
II-9
|
20903 |
dorst |
dorst:
As ge daorst het, mòtte dreenke: men moet handelen naar de omstandigheden Wie aergen daorst hit, drömt dat hij/zij dreenkt: Wat men vurig wenst, ziet men dikwijls als werkelijheid
daorst (L212a Smakt),
mussendorst:
Enne mussendaorst hebbe: Gezegde, wanneer een kind met kleine teugjes drinkt, om het naar bed gaan te kunnen uitstellen
mussendaorst (L212a Smakt)
|
dorst || kleine dorst
III-2-3
|