e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Smakt

Overzicht

Gevonden: 1514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dronken zijn boven zijn theewater zijn: Bovve zien thieëwater zien: dronken zijn  bovve zien thieëwater zien (Smakt), een lade aanhebben: ən lāi̯ ánhɛbə (Smakt), een snede in de neus hebben: enne sneej ien de neus hebbe (Smakt), geladen zijn: Go‰d gelaaje zien: flink dronken zijn  gelaaje zien (Smakt), hem aan hebben: əm ánhɛbə (Smakt), hem in de kar hebben: m ien de kár hebbe Um m ien de kár te hebbe, mòtteveul prËve  ɛm ien de kár hebbe (Smakt), hem omhebben: Mit n fieës zien ær âlzelaeve meense die æm umhebbe  ’m umhebbe (Smakt), kachel zijn: kachel zien: dronken zijn  káchel zien (Smakt) dronken || dronken zijn || goed dronken zijn III-2-3
droogbloem droogbloem: druuëgbloem (Smakt) droogbloem III-2-1
droogdoek, theedoek droogdoek: druuëgdoēk (Smakt), kopjesdoek: köpkesdoēk (Smakt, ... ) afdroogdoek || droogdoek voor de vaatwas || kopjeshandoek III-2-1
droogte droogte: (mv.: drögtes).  drögt (Smakt) droogte III-4-4
drop dropje: Van de ieën sort dröpkes kunde zat werre, van de ândere sort kunde t zat van kri‰ge  dröpke (Smakt), sap: sáp (Smakt), sapriem: sápriēm (Smakt), sapstaaf: sápstaaf (Smakt) dropje || dropstaaf, laurierdrop || dropveter || verzamelnaam voor drop III-2-3
dropwater suikerpek: soekerpaek (Smakt), zoetepek: schuumke trekke  zūtepaek (Smakt) dropwater van de dokter || vloeistof waarin (laurier)drop opgelost is als snoepgoed III-2-3
dropwater maken schuimpje trekken: een stukje laurierdrop wordt in een flesje gedaan. Bij voldoende drop en flink schudden onstaat bovenop het dropwater een laag schuim. door de hals van de fles wordt dit vervolgens opgezogen.  schuumke trekke (Smakt) schuim zuigen III-2-3
druilerig en koud weer miezerig (weer): miēzereg (Smakt), regenachtig (weer): raegenaechteg (Smakt), wreed koud: vrieëj (Smakt) koud, nat en winderig || regenachtig || vochtig, nat weer III-4-4
druiventros druiventros: droēventros (Smakt) druiventros I-7
drukte, gedoe ambras: mar.: fr. embarras  ámbras (Smakt), bohei (rh.): behaej (Smakt), ravage: revázzie (Smakt) drukte || drukte, rompslomp || opvallende bedrijvigheid III-1-4