e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Smeermaas

Overzicht

Gevonden: 1290
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lege eerste koe eerste vaars: īrstǝ vɛ̄rs (Smeermaas) Jong rund dat eenmaal heeft gekalfd, maar dat daarna niet meer drachtig wil worden of waarmee men niet verder wil fokken. Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 25b; N C, 15; monogr.] I-11
legnest hennennest: henǝnęs (Smeermaas) Het nest waarin de kippen hun eieren leggen. Est is door metanalyse uit nest ontstaan. [N 19, 32; A 48, 16e; monogr.; add. uit S 25] I-6
leiden laten dekken: lǭtǝ dɛkǝ (Smeermaas) De koe laten paren. [N 3A, 30a; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
lemmer het scherp: tšerəp (Smeermaas) snijblad van een mes (lemmer, lemmet) [N 20 (zj)] III-2-1
lenig rap: rap (Smeermaas) lenig [zwak, gezwak] [N 10 (1961)] III-1-1
lepel lepel: lēpəl (Smeermaas) lepel in het algemeen (lepel, lippel, leeper) [N 20 (zj)] III-2-1
lepelrek rek: reͅk (Smeermaas) rekje aan de wand waarin lepels worden bewaard [N 20 (zj)] III-2-1
leurder leurder: ps. omgespeld volgens Frings.  l"rdər (Smeermaas) koopman die met zijn waren langs de deuren gaat? [N 21 (1963)] III-3-1
leuren reizen: ps. omgespeld volgens Frings.  reͅi̯zə (Smeermaas) Inventarisatie uitdrukkingen voor: "op koopmanschap gaan"= erop uittrekken om zijn waren te verkopen? Zo neen, welke andere uitdrukking. Geeft u nauwkeurig de uitspraak aan. [N 21 (1963)] III-3-1
levend vlees onder de huid leven, het -: lēͅvə (Smeermaas) levend vlees onder de huid [t leeve] [N 10 (1961)] III-1-1