| 31360 |
beitelhouder |
schroefstok:
šrufštǫk (Q121b Spekholzerheide)
|
Houder op het slee van de draaibank, waarop de draaibeitel met behulp van stelschroeven kan worden vastgezet. Zie ook het lemma "slee, support". [N 33, 226]
II-11
|
| 18974 |
bekennen |
bekennen:
beken’ne (Q121b Spekholzerheide)
|
bekennen
III-1-4
|
| 30043 |
bekisten |
verschalen:
vǝršālǝ (Q121b Spekholzerheide)
|
De bekisting voor stortbeton plaatsen. Het afbreken van de bekisting noemde men in L 291 'uitschalen' ('ūtšālǝ'). [N 30, 51a, add.; monogr.]
II-9
|
| 33489 |
bellefleur |
bellefleur:
soort appel
bellefluur’ (Q121b Spekholzerheide),
keulemannetje:
lijkt op de bellefleur
koa’lemensje (Q121b Spekholzerheide)
|
appel, soort || bellefleur
I-7
|
| 25103 |
benauwd en vochtig weer |
puffetig:
püf⁄fetieg (Q121b Spekholzerheide)
|
vochtig en warm weer
III-4-4
|
| 25054 |
bepaalde hoeveelheid |
schaar (hooi, koren):
sjoar (Q121b Spekholzerheide),
tol:
zol (Q121b Spekholzerheide)
|
bepaalde hoeveelheid
III-4-4
|
| 30190 |
bepleisteren |
klenen:
klęǝnǝ (Q121b Spekholzerheide)
|
De gevlochten vulling van een vak of wand met leemspecie bestrijken. In L 320a gebeurde het 'bezetten' met leem, kalk en haren die door de kapper bijeengespaard waren. Het aanbrengen van de leem werd in Q 121 door de 'leemklener' ('lēmklęǝnǝr') gedaan, in Q 96a en Q 96c door de 'plakker' ('pl'kǝr'). Zie voor het woordtype '(be)klenen' ook RhWb IV, kol. 705 s.v. 'klennen ii': ø̄Lehm in die Gefachwand schmieren, plästern.ø̄ Het woordtype 'spervelen' (Q 30) is een afleiding van het woord 'spervel', de benaming voor een rechthoekig plankje met aan de onderzijde een handvat dat wordt gebruikt bij het bepleisteren van muren. Zie ook het lemma 'Speciebord'. [S 21; L 1a-m; N 4A, 53h; N F, 56d; N 31, 45c; monogr.]
II-9
|
| 29730 |
beregende steen |
beregende steen:
bǝrēǝndǝ štē (Q121b Spekholzerheide)
|
Vormelingen waar het tijdens het drogen op de baan op geregend heeft. Daardoor ontstaan er putjes in de klei, hetgeen in het gunstigste geval stenen van mindere kwaliteit opleverde. [monogr.]
II-8
|
| 19540 |
berkenbezem |
rijzerbezem:
rīzərbɛsəm (Q121b Spekholzerheide)
|
bezem van berketakjes of heide
III-2-1
|
| 20522 |
beschimmeld |
beschimmeld:
D¯r vlaam is besjum¯meld
besjum’meld (Q121b Spekholzerheide)
|
beschimmeld
III-2-3
|