| 24469 |
blad (alg.) |
blad:
blad (Q121b Spekholzerheide)
|
blad
III-4-3
|
| 29734 |
blad van de haag |
blad:
blat (Q121b Spekholzerheide)
|
Verticale laag van één steenlengte. [N 98, 102; monogr.]
II-8
|
| 32972 |
blad, bladeren van een plant |
blad:
blat (Q121b Spekholzerheide),
blader:
blār (Q121b Spekholzerheide)
|
Blad, als deel van een plant. De meervouden en verkleinwoorden zijn apart behandeld. [JG 1a, 1b; A 3, 1; L 1, a-m; L 4, 1; L 14, 16; L 32, 21; S 3; R 7, 25; R 12, 26; monogr.]
I-4
|
| 33504 |
bladkool, snijkool |
losse kool:
losse koeël (Q121b Spekholzerheide)
|
[N Q (1966)]
I-7
|
| 24473 |
blauwe bosbes |
wolber:
wol’ber (Q121b Spekholzerheide),
wolbermei (takje):
wol’ber(e)mai (coll.) (Q121b Spekholzerheide)
|
bosbes || bosbessentakje
III-4-3
|
| 24390 |
blauwe vleesvlieg, bromvlieg |
madenvlieg:
maaivlig (Q121b Spekholzerheide),
vleesvlieg:
vleesj’vlei (Q121b Spekholzerheide)
|
bromvlieg (legt eieren in geslacht vlees) [DC 18 (1950)] || vleesvlieg, dikke aasvlieg
III-4-2
|
| 19653 |
blauwsel |
blèue (d.):
bløͅi̯ (Q121b Spekholzerheide)
|
blauwsel
III-2-1
|
| 28056 |
blazer |
blazer:
blø̜̄zǝr (Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
[Domaniale])
|
Een uitstroming van gas uit een nauwe spleet van de koollaag of het nevengesteente. Volgens de invuller uit Q 121c kwam het verschijnsel met name voor in gasrijke mijnen zoals de Maurits, de Emma of de Hendrik. In het Kempens Bekken kent men volgens de zegsman uit L 417 geen blazers. Wel komen er ooit plotselinge uitbarstingen voor. [N 95A, 16; monogr.]
II-5
|
| 19344 |
blij |
vro:
vroeë (Q121b Spekholzerheide)
|
blij
III-1-4
|
| 24969 |
blijven wachten |
blijven:
blie⁄ve (Q121b Spekholzerheide)
|
blijven
III-4-4
|