e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Spekholzerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
spreken, praten kallen: kallə (Spekholzerheide), muilen: moelə (Spekholzerheide), praten: drukt minachting uit  pratsjə (Spekholzerheide), spreken: spreche (Spekholzerheide), sprechə (Spekholzerheide) praten [DC 02 (1932)] || spreken; ik versta jullie niet, jullie moeten een beetje harder - [DC 03 (1934)] III-3-1
springstof munition: munitsiuǝn (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Domaniale]) Ontplofbare stof die wordt gebruikt voor het schieten. De springstoffen worden verdeeld in drie klassen: dynamiet, brisante springstoffen en S.G.P. springstoffen (Defoin pag. 138). Zie ook de semantische toelichting bij het lemma Veiligheidsspringstof. Wat betreft het woordtype "poeder", deze term was oorspronkelijk van toepassing op springstof die niet in patronen verpakt werd. Deze wordt nu haast niet meer gebruikt maar de benaming is blijven bestaan voor springstof in het algemeen. [N 95, 419; N 95, 420; monogr.; Vwo 609] II-5
sprinkhaan hooischrik: häu’sjrek (Spekholzerheide), hooispringer: häu’sjpringer (Spekholzerheide) sprinkhaan III-4-2
sprong sprong: šproŋk (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Domaniale]) Aantal centimeters dat een stijl uit het lood staat. [N 95, 294; monogr.] II-5
spruiten spruitjer: sjpruus-jer (Spekholzerheide) spruitkool, spruiten als gerecht [N Q (1966)] III-2-3
spruitkool, spruitje knopjes: knöp’sjere (mv.) (Spekholzerheide), spruis: sjproas (Spekholzerheide), spruitje: sjpruusjer (Spekholzerheide), sjpruus’-jere (mv.) (Spekholzerheide), spruitkool: sjproes’koeël (Spekholzerheide) [N Q (1966)]spruit || spruitje || spruitkool I-7
staakbonen stekkenbonen: sjtek’keboeëne (mv.) (Spekholzerheide) stokboon I-7
staalborstel stalen borstel: štǫalǝ bøštǝl (Spekholzerheide) Soort handborstel met stalen draden waarmee vuil en roest van metaal kan worden verwijderd, koper gepolijst kan worden, etc. Zie ook afb. 207. Volgens respondenten uit L 159a, 165, 192a, 213, 217, 289, 290, 291, 382, 414, 423, 432, P 47, 219, Q 18, 71, 83, 86, 111 en 121b werd de staalborstel ook vaak gebruikt om vijlsel uit de kap van het blad van vijlen te verwijderen. Vgl. het lemma "vijlborstel". Zie ook het lemma "staalborstel" in de paragraaf over de vaktaal van de huisschilder in Wld II.9, pag. 203-204. [N 33, 107; N 33, 216; N 64, 59a-b] II-11
staan staan: stóa (Spekholzerheide), štoaə (Spekholzerheide) staan [DC 02 (1932)] III-1-2
staande klok standuhr (d.): štant˂ūr (Spekholzerheide) staande klok III-2-1