e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Spekholzerheide

Overzicht

Gevonden: 2437
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bui, regenbui schuil: sjoel (Spekholzerheide) bui, regenbui III-4-4
buigijzer buigijzer: bø̜x˱īzǝr (Spekholzerheide) Een driehoekig blok ijzer met aan de onderzijde een pin, dat in het aambeeldgat wordt geplaatst en wordt gebruikt om er met behulp van een hamer stukken ijzer op te buigen. Zie ook afb. 26. [N 33, 45-46; N 33, 55] II-11
buik buik: boech (Spekholzerheide), boeg (Spekholzerheide) buik (lijf) [DC 01 (1931)] III-1-1
buik (spotnamen) pens: pànš (Spekholzerheide), zak: zàk (Spekholzerheide) buik (lijf) [DC 01 (1931)] III-1-1
buikpijn buikpijn: boechpīng (Spekholzerheide), pijn in de buik: pīng in dər boech (Spekholzerheide), píng ìn dər boeg (Spekholzerheide) ik heb pijn in mijn buik of de buik doet mij zeer [DC 01 (1931)] III-1-2
buis roor: rø̄r (Spekholzerheide  [(Willem-Sophia)]   [Domaniale]) Algemene benaming voor een onderdeel van buisleidingen voor het transport van water, lucht, perslucht enz. [N 95, 784; Vwo 802; Vwo 203] II-5
buitenechtelijk kind poefkind: poefkink (Spekholzerheide) buitenechtelijk kind III-2-2
bundel, bussel berm: berm (Spekholzerheide), bonk: bónk (Spekholzerheide), pongel: pun⁄gel (Spekholzerheide) bundel, zak III-4-4
bunzing iltis: iel’ties (Spekholzerheide), vuur: vuur (Spekholzerheide) bunzing III-4-2
cacao cacao: kakau’ (Spekholzerheide) cacao III-2-3