33523 |
draden of randen van peulvruchten |
ringen/randen:
räng (Q121b Spekholzerheide)
|
[N Q (1966)]
I-7
|
17806 |
dragen |
dragen:
dragə (Q121b Spekholzerheide),
drá:gə (Q121b Spekholzerheide)
|
dragen [DC 02 (1932)]
III-1-2
|
20500 |
drank |
drank:
Verklw. drenks-je
drank (Q121b Spekholzerheide),
gedrinks:
Drink draa, dats doe ¯t jedrenks kaod sjtels
jedrenks (Q121b Spekholzerheide)
|
drank
III-2-3
|
18877 |
drenzen |
granden:
zeuren
jran’ke (Q121b Spekholzerheide),
knaatsen:
knaat’sje (Q121b Spekholzerheide)
|
drenzen || jengelen, zeuren
III-1-4
|
19387 |
dressoir |
vertiko:
fɛrtiko (Q121b Spekholzerheide)
|
salonkast met vitrine
III-2-1
|
31387 |
driekantige vijl |
drie-/drijkantvijl:
dręjkaŋk˲vil (Q121b Spekholzerheide)
|
Stalen vijl waarvan het blad driehoekig van doorsnede is en vanaf het midden naar het uiteinde iets spits toeloopt. De vijl wordt onder meer gebruikt bij het bewerken van hoeken, het ruimen van gaten en het scherpen van zaagtanden. Verschillende informanten gaven dan ook als antwoord op de vraag naar de "driekantige vijl" een variant van het woordtype zaagvijl/zagenvijl. De fonetisch gedocumenteerde gegevens hiervan zijn opgenomen in het lemma "zaagvijl". Zie ook afb. 104. [N 33, 97; N 33, 103; N 64, 53b]
II-11
|
24498 |
driekleurig viooltje |
chris-oogje:
driekleurig
kris’eugs-je (Q121b Spekholzerheide)
|
viooltje
III-4-3
|
18866 |
driftig |
hitsig:
hit’sieg (Q121b Spekholzerheide)
|
warmbloedig, opvliegend
III-1-4
|
29696 |
drijfas |
staande as:
štǭndǝ as (Q121b Spekholzerheide)
|
De as waaraan de bewegende onderdelen van de voormaler en vormbakpers bevestigd waren. [monogr.]
II-8
|
31463 |
drijfhamer |
zethamer:
zɛtshamǝr (Q121b Spekholzerheide)
|
In het algemeen een hamer die men bij metaaldrijfwerk gebruikt. Zie ook het lemma "drijven". De banen van de stalen kop van de hamer kunnen al naar gelang de werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd, vlak of halfbolvormig zijn. Zie ook afb. 160. Verschillende respondenten (o.m. uit L 423, Q 117, 118) gebruikten voor het drijfwerk een bolhamer. Deze antwoorden zijn verplaatst naar het lemma "bolhamer". [N 33, 57; N 33, 66; N 64, 39g; N 64, 39c; N 66, 6g]
II-11
|