e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Spekholzerheide

Overzicht

Gevonden: 2437
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
draden of randen van peulvruchten ringen/randen: räng (Spekholzerheide) [N Q (1966)] I-7
dragen dragen: dragə (Spekholzerheide), drá:gə (Spekholzerheide) dragen [DC 02 (1932)] III-1-2
drank drank: Verklw. drenks-je  drank (Spekholzerheide), gedrinks: Drink draa, dats doe ¯t jedrenks kaod sjtels  jedrenks (Spekholzerheide) drank III-2-3
drenzen granden: zeuren  jran’ke (Spekholzerheide), knaatsen: knaat’sje (Spekholzerheide) drenzen || jengelen, zeuren III-1-4
dressoir vertiko: fɛrtiko (Spekholzerheide) salonkast met vitrine III-2-1
driekantige vijl drie-/drijkantvijl: dręjkaŋk˲vil (Spekholzerheide) Stalen vijl waarvan het blad driehoekig van doorsnede is en vanaf het midden naar het uiteinde iets spits toeloopt. De vijl wordt onder meer gebruikt bij het bewerken van hoeken, het ruimen van gaten en het scherpen van zaagtanden. Verschillende informanten gaven dan ook als antwoord op de vraag naar de "driekantige vijl" een variant van het woordtype zaagvijl/zagenvijl. De fonetisch gedocumenteerde gegevens hiervan zijn opgenomen in het lemma "zaagvijl". Zie ook afb. 104. [N 33, 97; N 33, 103; N 64, 53b] II-11
driekleurig viooltje chris-oogje: driekleurig  kris’eugs-je (Spekholzerheide) viooltje III-4-3
driftig hitsig: hit’sieg (Spekholzerheide) warmbloedig, opvliegend III-1-4
drijfas staande as: štǭndǝ as (Spekholzerheide) De as waaraan de bewegende onderdelen van de voormaler en vormbakpers bevestigd waren. [monogr.] II-8
drijfhamer zethamer: zɛtshamǝr (Spekholzerheide) In het algemeen een hamer die men bij metaaldrijfwerk gebruikt. Zie ook het lemma "drijven". De banen van de stalen kop van de hamer kunnen al naar gelang de werkzaamheden die moeten worden uitgevoerd, vlak of halfbolvormig zijn. Zie ook afb. 160. Verschillende respondenten (o.m. uit L 423, Q 117, 118) gebruikten voor het drijfwerk een bolhamer. Deze antwoorden zijn verplaatst naar het lemma "bolhamer". [N 33, 57; N 33, 66; N 64, 39g; N 64, 39c; N 66, 6g] II-11