e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stein

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
paarkant werkzijde: węrǝk˲zi (Stein) De zijde van het hout waarop de tekens zijn aangebracht. [N 55, 4c] II-9
paarse dovenetel paarse dovenetel: WLD  paarse dovenetel (Stein) Paarse dovenetel (lamium purpureum 10 tot 30 cm groot. De bladeren zijn eivormig met een hartvormige voet, gesteeld, stomp, de bladrand is gekarteld; de bloemen met een kortere kroonbuis en van binnen met haarkrans, de kleur is purperrood. De bloeitijd [N 92 (1982)] III-4-3
pachtboer halfe: halfǝ (Stein) Halfer e.d. vanwege de helft, die de pachter van de oogst kon behouden. [S 27; Wi 2; monogr.; add. uit A 10, 2bI] I-6
pachtersvrouw halferse: halfǝsǝ (Stein) [S 27, Wi 2; monogr.] I-6
pad kroddel: kroddel (Stein, ... ) pad [DC 07 (1939)] III-4-2
pad, paadje pad, paadje: paad (Stein), weg, weggetje: wègske (Stein) een weggetje gemaakt door de voetstappen van mensen of dieren (zandbaan, pad, weg, weggel, wegeling) [N 90 (1982)] III-3-1
paddestoel (alg.) duivelskaas: WLD  duivelskaas (Stein), paddestoel: padəsto.l (Stein) paddestoel [RND] || paddestoel, Een vergiftigde ~ in het algemeen (duivelskaas). [N 92 (1982)] III-4-3
pafferig dik, opgeblazen van lijf opgepoft: opgepoôf (Stein), papperig (dik): papperig (Stein) dik, pafferig [maf] [N 10 (1961)] || opgeblazen van lijf [poesterig] [N 10 (1961)] III-1-1
paillette paillette (fr.): pailetten (Stein) een plaatje of reepje gouden of zilveren folie, tot versiering van kledingstukken [pailetten, gitten] [N 86 (1981)] III-1-3
pak slaag pak slaag: pak slêêg gêve (Stein), slaag: slìjg (Stein) Pak slaag (tek, travans, streep, smeer, batter, roefel, kiffel, pek). [N 84 (1981)] || pak slaag geven (batteren, foeksen, foempen, juinen, kletsen, naaien, peren, rossen, smeren, vegen). [N 84 (1981)] III-1-2