29954 |
pikhouweel |
bikkel:
bekǝl (Q015p Stein)
|
Houwwerktuig met lange steel en twee armen. Een van de armen heeft een beitelvormig uiteinde, de andere loopt uit in een punt. Zie ook afb. 14c. [N 30, 19c; monogr.]
II-9
|
24225 |
pimpelmees |
bijmees:
biemees (Q015p Stein),
biemeis (Q015p Stein),
pimpelmees:
pimpermees (Q015p Stein),
pimpeltje:
pimpelke (Q015p Stein)
|
Hoe heet de pimpelmees? [DC 06 (1938)] || pimpelmees || pimpelmees (11,5 blauwe kop, gele onderkant; nogal bekend, komt voor als koolmees [052] [N 09 (1961)]
III-4-1
|
24781 |
pimpernel |
pimpernel:
WLD
pimpernel (Q015p Stein)
|
Grote pimpernel (sanguisorba officinalis 30 tot 140 cm. De bladeren zijn oneven geveerd, de blaadjes zijn langwerpig en gezaagd. De bloemen groeien in langwerpige, dichte aren en zijn klein. De bloemen zijn bruinrood van kleur, zonder kroonbladeren, met [N 92 (1982)]
III-4-3
|
28052 |
pin, puntijzer |
beitel:
beitel (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Beringen, Zolder, Houthalen, Zwartberg, Winterslag, Waterschei, Eisden]),
hamerpin:
hamǝrpen (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Maurits]),
pin:
pen (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Maurits]),
puntijzer:
pønjtjīzǝr (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Maurits])
|
De pinvormige ijzeren steekbeitel van de luchthamer. [N 95A, 7; N 95, 760 add.; N 95, 736; monogr.; Vwo 68; Vwo 362; Vwo 604]
II-5
|
17670 |
pink |
pink:
pink (Q015p Stein, ...
Q015p Stein),
pinkje:
peŋkskǝ (Q015p Stein)
|
Eénjarig kalf, onverschillig van welk geslacht, dat nog alle melktanden heeft. [N C, 9b en 8; monogr.; add. uit N 3A, 15 en 20] || Pink, de vijfde, kleinste vinger (pinkel, pinker, pink, petieter, piepzakje). [N 84 (1981)]
I-11, III-1-1
|
22365 |
pinkelen |
slagen:
slagen (Q015p Stein)
|
Het spel waarbij een stokje dat aan beide kanten aangepunt is, met een langere stok omhoog- en weggeslagen wordt [kiskassen, kallen, pinkelen, pinkeren, giezen, klink spelen, -doen, -slagen, hillen, lillen, kisslagen, kissen]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
22366 |
pinkelhoutje |
kal:
kal (Q015p Stein)
|
Het kleine stokje dat wegvliegt [kal, kis, giet, goes, goers, hil]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
25253 |
pint, maat van 0,5 liter |
snel:
snel (Q015p Stein, ...
Q015p Stein)
|
de maat die een inhoud aangeeft van 0,5 liter [snelleke, pint, schopje, schep, wup, leers] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
24364 |
pissebed |
keldermot:
WBD/WLD
keldermot (Q015p Stein),
molenkuus:
meule kuusj (Q015p Stein),
molenpaard:
oniscus asellus/oniscus murarius (=ZND 18)
meulepèrt (wrsch) (Q015p Stein),
molenvarken:
oniscus asellus/oniscus murarius (=ZND 18)
meulevèrke (Q015p Stein)
|
Hoe noemt u de keldermot, pissebed (kelderoog, varkentje, stekelvarken, steenmot, zespoter, varkensbeest) [N 83 (1981)] || pissebed, keldermot [GV K (1935)]
III-4-2
|
28226 |
pit |
wiek:
wēk (Q015p Stein
[(Maurits)]
[Maurits])
|
De lampepit van de veiligheidslamp. [N 95, 249; N 95, 243; monogr.]
II-5
|