e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stein

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stobbe stronk: stroŋk (Stein), vot: vǫt (Stein) Stronk van een gekapte boom die met het wortelstelsel nog in de grond zit. [N 50, 7e; N 75, 87c; A 45, 35; N 16, add.; monogr.] II-12
stoel stoel: štōl (Stein  [(Maurits)]   [Maurits]) Console waarop de draagrollen van een transportband zijn bevestigd. [N 95, 637; N 95, 641] II-5
stoep stoep: stoep (Stein, ... ), stóp (Stein) een hellend oplopende weg om op een dijk, een brug enz. te kunnen komen (april, opweg, opril, oprit, stoep, aprel) [N 90 (1982)] || stoep, trottoir; hoe noemt men in uw woonplaats de stoep of het trottoir langs een straat? [DC 47 (1972)] III-3-1
stof drek: drek (Stein), stof: sjtoaf (Stein) stof [DC 23 (1953)] III-2-1
stof afnemen stoffen: stoffen (Stein) Stof afnemen (stoffen) [N 79 (1979)] III-2-1
stofblik blik: blik (Stein), troffel: hendjbeustel en troffel (Stein), tróffel (Stein) Hoe noemt u het stoffer en blik samen? [N105 (2000)] || stofblik [DC 15 (1947)] || stoffer en blik samen [DC 15 (1947)] III-2-1
stofbrij dikspoeling: dikspoeling (Stein  [(Maurits)]   [Emma, Maurits]) Boorstof dat bij het boren met waterspoeling zich met het spoelwater bindt tot een brij. [N 95, 780] II-5
stofbril stofbril: štofbrel (Stein  [(Maurits)]   [Maurits]) Wanneer men werkzaamheden verricht waarbij de kans bestaat dat men iets in het oog krijgt, is een stofbril of veiligheidsbril voorgeschreven. Zulke werkzaamheden zijn o.a. slopen, slijpen, blazend vullen en schoonblazen met perslucht. [N 95, 886] II-5
stofdorpel stofdorpel: stǭf˱dø̜rpǝl (Stein) Extra dorpelstuk uit eikehout, dat soms op de onderdorpel van een binnendeurkozijn wordt aangebracht. [N 55, 9a] II-9
stoffen pantoffel slof: sloffe (Stein) sloffen, stoffen pantoffels met slappe zool [N 24 (1964)] III-1-3