e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stevensweert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
splijtkool splijtkool: -  splijtkool (Stevensweert) I-7
splitsing van de stam gaffel: NCDN  gàfföl (Stevensweert) Het deel van de boom waar de stam zich in tweeën splitst (gaffel, mik, vork). [N 82 (1981)] III-4-3
spoken spoken: ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.  spôake (Stevensweert) spoken (mv.) [SGV (1914)] III-3-3
spoken (ww.) spoken: ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.  spôake (Stevensweert) spoken (ww.) [SGV (1914)] III-3-3
spons spons: spons (Stevensweert) spons om ruiten mee schoon te maken [DC 15 (1947)] III-2-1
spook spook: ps. boven de a staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.  spôak (Stevensweert) spook [SGV (1914)] III-3-3
sporen van de haan hanensporen: hānǝspø̄r (Stevensweert) Doornachtige hoornuitwas van de poten van de haan. [N 6, 3; L 7, 27b; monogr.] I-12
sport van een stoel sproot: sprōͅt (Stevensweert) ronde of vierkante latten, die soms de poten van een stoel aan de onderzijde verbinden [DC 19 (1951)] III-2-1
spotnaam voor hoge hoed hondskooi: hönskooj (Stevensweert), stovenpijp: stoovepiep (Stevensweert) hoed, hoge ~: spotbemaningen [tarpot, titsj, hekteliter, böömert, handskow, kachelpiep, sjtief] [N 25 (1964)] III-2-2
spotten voor de gek houden: vūĕr de gek hoaje (Stevensweert) spotten [SGV (1914)] III-1-4