19079 |
raad |
raad:
road (L296p Steyl)
|
raad [SGV (1914)]
III-1-4
|
19057 |
raar, vreemd |
raar:
raar (L296p Steyl, ...
L296p Steyl),
vreemd:
vremd (L296p Steyl),
vrĕmd (L296p Steyl)
|
01; vreemd [SGV (1914)] || raar [DC 02 (1932)] || vreemd: Hoe luidt in uw dialect het woord - [DC 19 (1951)]
III-1-4
|
28447 |
raat |
raat:
roǝt (L296p Steyl)
|
Een raat is een schijf gevormd door twee lagen met de rug tegen elkaar liggende zeszijdige cellen. Ze wordt door de bijen gemaakt voor het opkweken van de larven en voor het opbergen van honing in de winter. Het bouwsel is van was. [N 63, 13a; L 1a-m; S 3; A 25, 10; JG 1a+1b; JG 2b-5, 3; Ge 37, 53; monogr.]
II-6
|
19224 |
raden |
raden:
roaje (L296p Steyl)
|
raden (ww.) [SGV (1914)]
III-1-4
|
18168 |
rafelen |
rafelen:
reifele (L296p Steyl),
roafele (L296p Steyl),
rǭfǝlǝ (L296p Steyl),
refelen:
ręjfǝlǝ (L296p Steyl)
|
rafelen [SGV (1914)] || Uitvezelen van stof. [N 59, 188; N 62, 45a; MW; S 29; monogr.]
II-7, III-1-3
|
19576 |
ragebol |
spinnenjager:
špenəjēͅgər (L296p Steyl)
|
raagbol [SGV (1914)]
III-2-1
|
19433 |
ramen lappen |
ruiten wassen:
rūtə wasə (L296p Steyl)
|
ramen zemen [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
24626 |
rank |
rank:
rank (L296p Steyl),
reng (mv.):
rĕng (L296p Steyl)
|
ranken (v.e. wingerd) [SGV (1914)] || Stengel met bladeren, bloemen, etc. die in zichzelf niet voldoende stevigheid bezit om overeind te staan, vooral van klimplanten (reng, rank, rene, tak). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
33580 |
ranken van de wingerd |
ranken:
rĕng (L296p Steyl)
|
[SGV (1914)]
I-7
|
20515 |
ranzig |
garstig:
gerstig (L296p Steyl, ...
L296p Steyl)
|
garstig spek [..] [SGV (1914)] || spek [garstig~] [SGV (1914)]
III-2-3
|