e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Steyl

Overzicht

Gevonden: 1725
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
drinken zuipen: zōēpe (Steyl) drinken; Hoe noemt U: De dorst doen ophouden (lessen, blussen, verslaan) [N 80 (1980)] III-2-3
droesem drats: dràts (Steyl), moer: moor (Steyl) droesem [SGV (1914)] || droesem; Hoe noemt U: Bezinksel in een wijnfles (droesem, dras) [N 80 (1980)] III-2-3
dronkaard zatlap: bijv. oome Jan,(Geertje)  zatlap (Steyl), zuiplap: zōēplap (Steyl) dronkaard; Hoe noemt U: Iemand die voortdurend dronken is (dronkaard, zatlapper, zwanzer, boemelaar, alcoholist) [N 80 (1980)] III-2-3
dronken zat: zaat (Steyl) zat [SGV (1914)] III-2-3
droog blijven droog blijven: druüg bliëve (Steyl) droog blijven, gezegd van het weer [overblijven] [N 81 (1980)] III-4-4
droogdoek, theedoek afdrooghanddoek: āf˂dry(3)̄xhant˂dōk (Steyl), schotelplag: šōtəlplak (Steyl) de doek waarmee het afgewassen vaatwerk wordt gedroogd; zijn er verschillende soorten [DC 15 (1947)] III-2-1
drop zoutjes: zoutje (Steyl) drop; Hoe noemt U: Ingedikt sap, aftreksel van zoethout, drop (kalissie, drop) [N 80 (1980)] III-2-3
druilerig en koud weer nat (weer): naat (Steyl, ... ), nate (Steyl, ... ), waterkoud (weer): waterkāāt (Steyl) kil [SGV (1914)] || nat [DC 02 (1932)] || natte [een ~ zomer] [SGV (1914)] || zomer [een natte ~ ] [SGV (1914)] III-4-4
druipen van de regen druipen: hê droop (Steyl, ... ), hê druupt (Steyl, ... ), druppen: drupe (Steyl) droop hij ~ van den regen [SGV (1914)] || druipen [SGV (1914)] || druipt [hij ~ van den regen] [SGV (1914)] || regen [hij droop van den ~ ] [SGV (1914)] || regen [hij druipt van den ~] [SGV (1914)] III-4-4
druiventros druiventros: droeventros (Steyl) druiventros [SGV (1914)] I-7