e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L423p plaats=Stokkem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
slok slok: slôk (Stokkem, ... ) slok || teug III-2-3
slons (slodder?) flots: flôtsj (Stokkem), klamot: klemausj (Stokkem), mothuif: motèuif (Stokkem) onverzorgde vrouw || slordige vrouw || vuile vrouw III-1-4
slordig voorevenveel: verèèvevèul (Stokkem) slordig III-1-4
slot slot: sluǝt (Stokkem) Toestel dat als sluiting op deuren wordt aangebracht, waarbij door middel van een sleutel een schoot of tong wordt uitgeschoven die in een gat in de stijl van het kozijn valt. [N 54, 94b; L 6, 73a; S 33; monogr.] II-9
slotstuk slotstuk: slōtstøk (Stokkem), vot: vǫt (Stokkem) Het onderste, taps toelopende deel van het pomphuis waarin zich het pompslot bevindt. In L 423 was de vot aan de bovenzijde voorzien van een geelkoperen sierband. Aan de onderzijde bevond zich een roodkoperen buisje dat de overgang vormde tussen de onderzijde van het pomphuis en de zuigbuis. Zie ook het lemma ɛzuigbuisɛ.' [N 64, 133h; N 66, 49h] II-11
sluitklep klep: kleͅp (Stokkem) klep van een broek met sluitklep aan de voorkant [bokseslaag, presenteerblad] [N 23 (1964)] III-1-3
sluitlusjes ogen: awgǝ (Stokkem) Rieten lusjes die als sluiting dienen. Het vervaardigen van het sluitlusje wordt in Stokkem (L 423) snuitje maken (snȳtskǝ mākǝ) genoemd. [N 40, 93] II-12
sluitpin onder aan een poortvleugel sluitstuk: šlūtštø̜̄k (Stokkem) Een poortvleugel kan aan de onderzijde gesloten worden door een korte metalen stang of pin te laten zakken in een gat in de drempel. Aan de bovenzijde is meestal een ring of haak waardoor de stang in de hoogste stand kan blijven hangen aan een pin als de poortvleugel geopend wordt. [N 4A, 47c] I-6
sluitstang boven aan een poortvleugel sluitstuk: šlūtštø̜̄k (Stokkem) Een poortvleugel kan aan de bovenzijde gesloten worden door een korte metalen stang omhoog te duwen in een gat in het kozijn. De stang heeft aan de onderzijde vaak een handvat dat met de stang gedraaid kan worden achter een pin of in een gleuf om te voorkomen dat de stang zakt. Meestal wordt slechts één van de beide poortvleugels zo gesloten. [N 4A, 47b] I-6
slurpgat puntgat: pønt˲gāt (Stokkem) De opening in de zuigbuis waar het water binnenstroomt. [N 64, 133u; N 66, 49u] II-11