e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L423p plaats=Stokkem

Overzicht

Gevonden: 4071
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doopmutsje doopmutsje: doͅu(w)pmötskə (Stokkem) doopmutsje [N 25 (1964)] III-2-2
doopsel doop: den daup (Stokkem), den duip (Stokkem) Het doopsel [der doof]. [N 96D (1989)] III-3-3
doopvont doopvont: da.upfunt (Stokkem), daupvont (Stokkem, ... ) doopvont [RND] || Het bekken waarin het doopwater bewaard wordt en waarboven het kind ten doop wordt gehouden [doopvont, doopsteen, doofsjtee?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doopwater wijwater: wiewater (Stokkem) Het gewijde water in de doopvont, waarmee gedoopt wordt [vont-, vunt-, vintwater, doopwater, wijwater?]. [N 96A (1989)] III-3-3
door de modder rollen wentelen: wenšǝlǝ (Stokkem) [N 76, 32] I-12
doordeweekse (werk)schort werkscholk: wèrksjolk (Stokkem) schort, blauwlinnen (werk) ~ voor door de week [N 24 (1964)] III-1-3
doordeweekse kleren aldaagse kleren: aldaagse kleijer (Stokkem), alledaagse kleren: alledaagse kleijer (Stokkem), weekstenue (<fr.): weekstenu (Stokkem), werktenue (<fr.): wèrktenuuj (Stokkem) De kleren die men in de week draagt. [DC 62 (1987)] || door-de-weekse kleren [t s werkendagse dinge, werkdinge] [N 23 (1964)] III-1-3
doordeweekse mis mis in de week: meͅs en də wēk (Stokkem) Een door-de-weekse mis. [N 96B (1989)] III-3-3
doorn, stekel doornen: døͅrə (Stokkem) doornen [RND] III-4-3
doornenkroon kroon: kroeen (Stokkem) De doornenkroon, een kroon van doornen. [N 96B (1989)] III-3-3