e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stokkem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lichte nevel een beetje mot: ə betšə mūwt (Stokkem), lichte mot: lextə m ūt (Stokkem) lichte nevel die het zicht vertroebelt [donst, dook, blaok] [N 22 (1963)] III-4-4
lichtgeraakt, kregel krikkel: kriekel (Stokkem), ook materiaal znd 28, 49  krekəl (Stokkem), neutelijk: nèuitelek (Stokkem) kregel [ZND 01 (1922)] || kregelig || kribbig, lichtgeraakt III-1-4
lid van een vereniging lid: let (Stokkem), ə lit fa.n ənə bont (Stokkem) Lid van een vereniging. [ZND 37 (1941)] III-3-1
lied, liedje lied: leed (Stokkem), liedje: le.šə (Stokkem), le.tsjə (Stokkem), leedsje (Stokkem), leedske (Stokkem), dim.  lēṭə (Stokkem) Lied. [Willems (1885)] || Lied: het feest verliep, zonder dat er een lied werd gezongen. [ZND 46 (1946)] || liedje [RND] || Liedje. [ZND m] III-3-2
liederen (mv.) liedjes: leedskes (Stokkem), dim.  lēṭəš (Stokkem) Lied. [Willems (1885)] || Liedje. [ZND m] III-3-2
lies lies: līs (Stokkem) Het vel of vlies rond een windei. [JG 1b, 1c, 2c] I-12
lieveheersbeestje lieveherepaardje: leevenierepaerdsje (Stokkem), levehierepeirdsje (Stokkem) lieveheersbeestje [DC 49 (1974)] III-4-2
liggend dakvenster dakvenstertje: dāk˲venstǝrkǝ (Stokkem) Een dakvenster is een liggend raampje op het dak dat meestal geopend kan worden en dat dient ter belichting en beluchting van de zolder, ook wel als toegang tot het dak bij bijv. reparaties of om door naar buiten te kijken. Het is meestal te klein om hooi door te laten, maar grotere vensters kunnen wel daartoe dienen (zie het lemma "hooivenster", 3.4.5). [N 4A, 45c; monogr.] I-6
ligger ligger: leqǝr (Stokkem) De onderste, stilliggende molensteen. [N O, 17d; A 42A, 32; N D, 6; Sche 48; Vds 86; Jan 120; Coe 97; Grof 118; monogr.] II-3
lijden lijden: lêije (Stokkem) lijden III-1-4