e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stokkem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
staartriem staartleer: startlē̜r (Stokkem) Riem die onder de staart van het paard doorloopt en aan het haam of aan het borsttuig is vastgemaakt als het paard geen zadel draagt. Dit onderdeel van het paardetuig was al aan het verdwijnen in de laatste fase van het met kar en paard rijden. Het belet dat het haam naar voren schuift als het paard het hoofd buigt. [JG 1b, 1c, 2b, 2c; monogr.] I-10
stabat mater stabat mater (lat.): stabat mater (Stokkem) Het kruisweggezang "Stabat Mater Dolorosa". [N 96B (1989)] III-3-3
stad stad: stat (Stokkem) stad [RND] III-3-1
staf van de suisse staf: staaf (Stokkem) De staf of hellebaard van de suisse [sjtaaf?]. [N 96B (1989)] III-3-3
staken op de korte zijde kopsteeksels: kǫpsteksǝls (Stokkem), steeksels: steksǝls (Stokkem), stekken: stękǝ (Stokkem) De wissen die aan de korte zijde van de rechthoekige mand rechtop worden geplaatst. Zie ook afb. 282. [N 40, 83] II-12
staken op de lange zijde steeksels: steksǝls (Stokkem), stekken: stękǝ (Stokkem), zijsteeksels: zęjsteksǝls (Stokkem) De wissen die aan de lange zijde rechtop worden geplaatst. Zie ook afb. 282. [N 40, 84] II-12
stal stal: sta.l (Stokkem) Een ruimte in het algemeen, die onderdak biedt aan vee. De benamingen kunnen zowel het gebouw, als de ruimte daarbinnen betreffen. Meestal wordt kortheidshalve van "de stal" gesproken, als men het veeverblijf en met name de koestal bedoelt. [JG 1a en 1b; Wi 11; S 50; L A1, 4; RND 97; monogr.; add. uit N 5A, passim] I-6
stalband halsband: hals˱bant (Stokkem) Leren band om de hals van het paard, waaraan de lijn of teugel wordt vastgemaakt om het op stal vast te binden. Vergelijk ook lemma Halster. [JG 1a; N 8, 91; N 13, 18b] I-10
stallantaarn stallucht: stalløx (Stokkem) lampepit van katoen in een petroleumlamp (limet, lemmet, lemment, lemmert) [N 20 (zj)] III-2-1
stallen zingbanken: zengbenk (Stokkem) De koorbanken aan de zijkanten van het priesterkoor [stallen, stalles, koorstallen, koorstoelen, kanunnikenbanken]. [N 96A (1989)] III-3-3