e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stokkem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verjaardag verjaardag: verjaordaag (Stokkem) Hij was gisteren jarig, maar ik ... zn hele verjaardag vergeten. [DC 45 (1970)] III-3-2
verkeerd liggen verdraaid zijn: verdraaid zijn (Stokkem) Verkeerd liggen in de baarmoeder door een slag in de baarmoederhals, gezegd van het kalf. [N 3A, 49] I-11
verkleumd stijf: Voor de handen: ze kele mich.  sti.if (Stokkem) hij was gans verkleumd van de kou [ZND 28 (1938)] III-1-2
verkoudheid kou: zwoer kou (Stokkem) Wat zei men vroeger tegen een griep ? Wilt u de uitspraak in uw dialect zo nauwkeurig mogelijk weergeven ? [ZND 49 (1958)] III-1-2
verkwanselen verfotsen: vgl. Stokkem Wb. (pag. 116): verfôtsje, verkwanselen.  vərfōtšə (Stokkem) Verkwanselen, op verachtelijke wijze verhandelen [vertuitelen, verkwanselen?] [N 21 (1963)] III-3-1
verlagen afdoen: ps. omgespeld volgens Frings.  āvdūn (Stokkem) verlagen, iets in prijs ~ [afzetten? b.v. de biggen zijn afgezet?] [N 21 (1963)] III-3-1
verlegen (zijn) bleu: bluu (Stokkem) verlegen III-1-4
verliezen verliezen: verleeze (Stokkem, ... ), vərlĕzə (Stokkem) Verliezen. [ZND m] III-3-1, III-3-2
verloden verloden: vǝrlūtǝ (Stokkem) Metaal met een dunne laag lood bedekken. [N 64, 28f] II-11
verloopsok mindering: mendǝreŋ (Stokkem) Sok die dient om pijpen van ongelijke diameter met elkaar te verbinden. Zie ook afb. 266. [N 64, 118c] II-11