e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Stramproy

Overzicht

Gevonden: 2172
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
castreren snijden: snii̯ǝ (Stramproy) Een mannelijk paard onvruchtbaar maken door de teelballen weg te snijden; men spreekt dan van een ruin. Vgl. het lemma ''ruin'' (2.1.3). [JG 1a, 1b; N 8, 60] I-9
cichorei sokkerij: sòkkerei (Stramproy), suikerij: sòkkerei (Stramproy) cichorei; Hoe noemt U: Surrogaat of smaakverbeterend middel voor koffie gemaakt van de wortel van een bepaalde plant die gemalen en geroosterd wordt (cichorei, cikorei, suikerij, suikeraai, sekraai, bitter, Gemertse koffie) [N 80 (1980)] I-7, III-2-3
cocon pop: pŏp (Stramproy, ... ) cocon [DC 18 (1950)] || pop, coconrups [DC 18 (1950)] III-4-2
dahlia (dahlia cav.) dahlia: dalia (Stramproy) dahlia III-2-1
dak dak: dāk (Stramproy) Het gehele samenstel dat de bedekking vormt van een huis of gebouw. Het bestaat uit een kap die wordt afgedekt met pannen, leien, zink, ijzer, stro of riet en die rust op de muurplaat of balklaag. Men onderscheidt verschillende dakvormen. Zie ook de volgende lemmata. [S 6; L 1a-m; L 8, 66; L 12, 9; L A2, 500; N 32, 43a; monogr.; Vld.] II-9
daklijsten daklijsten: dāklīstǝ (Stramproy) De twee horizontale balken op de toppen van de hoekstijlen in elk van de twee zijwegen. Zie ook afb. 14 en 18. [N O, 43c] II-3
dameskous? hoos: An, hebste e paar noew hoose? (Stramproy), An, heps tōē ei paar noe hooze? (Stramproy) Anna, heb je een paar nieuwe kousen? [DC 14A (1946)] III-1-3
damesonderbroek onderboks voor vrouwlui: ongerboks veur vrouldje (Stramproy) Onderbroek voor vrouwen. [DC 62 (1987)] III-1-3
dammen houten schenen: hǫwtǝ šēnǝ (Stramproy) De stroken hout tussen de lemmers. Zie ook de toelichting bij het lemma ɛlemmersɛ.' [N O, 10l] II-3
damp, stoom zwaam: zwaam (Stramproy) damp van kokend water [DC 28 (1956)] III-4-4