| 20564 |
droesem |
drabsel:
drabzel (L318p Stramproy)
|
droesem; Hoe noemt U: Bezinksel in een wijnfles (droesem, dras) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 25699 |
drogen, vooreesten |
afeesten:
āfēstǝ (L318p Stramproy)
|
De kieming stopzetten door het groenmout te laten drogen in de wind of het groenmout onderwerpen aan een inleidend droogproces op de vooreest. Zie ook het lemma ''moutzolder, vooreest''. [N 35, 12; N 35, 19]
II-2
|
| 29233 |
drom |
dreumel:
drø̄jmǝl (L318p Stramproy)
|
De verzameling van draden die door de kamrijger of kamslager in een nieuwe weefkam wordt ingeregen of het gedeelte van de ketting dat in de kam blijft hangen. Volgens Schmitz (pag. 83) is de drom ø̄rest einer alten Webkette, der im Riet und in den Schäften bleibt und an den die neue Kette angeknüpft wirdø̄. [N 39, 77a; N 39, 77b; monogr.]
II-7
|
| 20507 |
dronkaard |
zuiplap:
zoeplap (L318p Stramproy)
|
dronkaard; Hoe noemt U: Iemand die voortdurend dronken is (dronkaard, zatlapper, zwanzer, boemelaar, alcoholist) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 25128 |
droog weer |
droog:
dreueg (L318p Stramproy),
drûûch (L318p Stramproy)
|
droog [DC 45 (1970)], [RND]
III-4-4
|
| 19656 |
droogdoek, theedoek |
handdoek:
hant˂duk (L318p Stramproy),
schotelsplag:
vroeger
šōtəlsplak (L318p Stramproy)
|
de doek waarmee het afgewassen vaatwerk wordt gedroogd; zijn er verschillende soorten [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
| 34228 |
droogrek |
tuitenrek:
tuitenrek (L318p Stramproy)
|
Het houten rek buitenshuis waarop men vaten, melkbussen en emmers te drogen legt. [A 15, 25; monogr.]
I-11
|
| 29259 |
droogwaaien |
droogwaaien:
drø̄xwɛjǝ (L318p Stramproy),
strooifakkelen:
strōjfakǝlǝ (L318p Stramproy)
|
Met behulp van een waaier het gesterkte kettinggaren sneller doen drogen. [N 39, 94a]
II-7
|
| 20554 |
drop |
suikerpek:
sòkkerpāēk (L318p Stramproy)
|
drop; Hoe noemt U: Ingedikt sap, aftreksel van zoethout, drop (kalissie, drop) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 25126 |
druilerig en koud weer |
nat (weer):
naat (L318p Stramproy, ...
L318p Stramproy),
nāāt (L318p Stramproy)
|
nat [DC 02 (1932)]
III-4-4
|