e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Swalmen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stokroos stokroos: sjtokroos (Swalmen) stokroos (althea rosea L.) [N 92 (1982)] III-2-1
stokvis gezouten vis: gezááttə vés (Swalmen) bolling; Hoe noemt U: Gezouten en gedroogde vis (bolling) [N 80 (1980)] III-2-3
stola stool (<lat.): sjtool (Swalmen) De stola, de stool. [N 96B (1989)] III-3-3
stollen stollen: schtollə (Swalmen) stollen [SGV (1914)] III-4-4
stolp kaasstolp: keessjtulp (Swalmen), stolp: schtulp (Swalmen) kaasstolp [N 20 (zj)] || stolp [SGV (1914)] III-2-1
stolp over een heiligenbeeld stolp: sjtolp (Swalmen) Een stolp of stulp, een klokvormig glas over een kruis- of heiligenbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
stompe eind van een ei vot: voot (Swalmen), vot (Swalmen) Het stompe eind van het ei bij het eieren tikken. [N 88 (1982)] III-3-2
stomverbaasd paf: paaf (Swalmen), paf (Swalmen), pàf (Swalmen), verstomd: verschtomd (Swalmen) verstomd [SGV (1914)] || zeer verbaasd [verpaft] [N 85 (1981)] III-1-4
stoof, voetenwarmer stoof: schtoof (Swalmen) stoof [SGV (1914)] III-2-1
stoofvlees, zuurvlees zuurvlees: zoer vleis (Swalmen) Gemarineerd rundvlees, bereid met azijn, olie en kruiden (bufflamood, zoerbrèùtje?) [N 16 (1962)] III-2-3