e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Sweikhuizen

Overzicht

Gevonden: 499

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doopwater wijwater: wiewater (Sweikhuizen) Het gewijde water in de doopvont, waarmee gedoopt wordt [vont-, vunt-, vintwater, doopwater, wijwater?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doordeweekse mis doordeweekse mis: door de wééəkse mès (Sweikhuizen) Een door-de-weekse mis. [N 96B (1989)] III-3-3
draaikolk draaikolk: drĭēəjkòlk (Sweikhuizen) kolk, plaats in water waar een snel ronddraaiende stroom is die voorwerpen kan meeslepen en naar beneden trekken [willing, wieling, waal, wolf, draaipol] [N 81 (1980)] III-4-4
drank drank: drànk (Sweikhuizen) drank; Hoe noemt U: Dat wat gedronken wordt (drinken, soopje, zuip) [N 80 (1980)] III-2-3
drinken lessen: lésjə (Sweikhuizen) drinken; Hoe noemt U: De dorst doen ophouden (lessen, blussen, verslaan) [N 80 (1980)] III-2-3
dronkaard zuiplap: zōēplap (Sweikhuizen) dronkaard; Hoe noemt U: Iemand die voortdurend dronken is (dronkaard, zatlapper, zwanzer, boemelaar, alcoholist) [N 80 (1980)] III-2-3
droog blijven het blijft over: ⁄t blif euvər (Sweikhuizen) droog blijven, gezegd van het weer [overblijven] [N 81 (1980)] III-4-4
drop houtkoek: houtkook (Sweikhuizen) drop; Hoe noemt U: Ingedikt sap, aftreksel van zoethout, drop (kalissie, drop) [N 80 (1980)] III-2-3
druilerig en koud weer druilerig (weer): druulərig (Sweikhuizen), nat koud: naatkawd (Sweikhuizen) nattig en koud, gezegd van het weer [kil, killig, waterkoud] [N 81 (1980)] || regenachtig, gezegd van het weer [ruizerig] [N 81 (1980)] III-4-4
druk praten brazelen: braazələ (Sweikhuizen) druk praten [stemmen] [N 87 (1981)] III-3-1