e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Swolgen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
spoken spoken: spoe eke (Swolgen) spoken (mv.) [SGV (1914)] III-3-3
spoken (ww.) spoken: spoe eke (Swolgen) spoken (ww.) [SGV (1914)] III-3-3
spook spook: spoe ek (Swolgen) spook [SGV (1914)] III-3-3
spoorwiel kroonwiel: kroonwiel (Swolgen), spoorwiel: spoorwiel (Swolgen) Het kamrad onder aan de koning dat in de rondsels of bonkelaars van de staakijzers grijpt; de kammen staan ofwel loodrecht op de wielschijf of in het verlengde ervan. Zie ook afb. 59, 63 en 64.26. In l 381b bevindt het spoorwiel zich op de steenzolder van de molen. [N O, 50i; N O, 50j; A 42A, 104, Sche 41] II-3
sporkehout duivelskral: duvelskralle (Swolgen), peggenhout: peggenholt (Swolgen) vuilbomenhout || vuilboom III-4-3
sport van een stoel sproot: sprōt (Swolgen) sport van een stoel III-2-1
spotten spotten: spŏtte (Swolgen) spotten [SGV (1914)] III-1-4
spreeuw spraan: sprāōn (Swolgen), sproan (Swolgen) spreeuw [SGV (1914)] III-4-1
spreken, praten praten: proate (Swolgen, ... ), spreken: sprêke (Swolgen) praten [DC 02 (1932)], [SGV (1914)] || spreken [SGV (1914)] III-3-1
sprinkhaan sprinkhaan: sprinkhaan (Swolgen), sprīnkhaan (Swolgen) sprinkhaan [SGV (1914)] III-4-2